8
|
Opsporen en verhelpen van storingen
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
54
Storing
De ventilator stopt tijdens
het uitblazen.
De horizontale kleppen
beginnen NIET onmiddellijk
te draaien.
De unit begint NIET meteen
te werken.
Het systeem werkt, maar
koelt of verwarmt
onvoldoende.
Het systeem werkt, maar
verwarmt onvoldoende (er
wordt GEEN lucht uit de
unit geblazen).
De in-/uitschakeltimer
werkt NIET volgens de
instellingen.
Koelen kan NIET worden
geselecteerd.
Maatregel
Wanneer de ingestelde temperatuur is bereikt,
wordt luchtstroomsnelheid verlaagd en stopt de
werking. De werking wordt automatisch hervat
wanneer de binnentemperatuur stijgt of daalt.
De binnenunit regelt de stand van de horizontale
kleppen. De horizontale kleppen beginnen weldra te
draaien.
Als u meteen na het stoppen op de ON/OFF-knop
hebt gedrukt of als de stand is veranderd. De unit
begint na 3 minuten te draaien (dit is een beveiliging
van het systeem).
▪
Controleer
de
luchtstroomsnelheid.
"5.5 Luchtstroomsnelheid" [
▪
Controleer
de
"5.3.1 Het systeem starten/stoppen en de
temperatuur
instellen" [
▪
Controleer de instelling van de uitblaasrichting. Zie
"5.6 Uitblaasrichting" [
▪
Controleer of de luchtinlaat of -uitlaat van de
buitenunit of de binnenunit NIET geblokkeerd is.
Verwijder eventuele obstakels en zorg ervoor dat
de lucht vrij kan circuleren.
▪
Controleer of de luchtfilters verstopt zijn. Reinig
de
luchtfilters.
4
service" [
46].
▪
Controleer of er geen deuren of ramen openstaan.
Sluit alle deuren en ramen om te voorkomen dat
er wind binnenkomt.
▪
Controleer of de unit in Econo of de stand
geluidsarme buitenunit draait. Zie
geluidsarme stand
buitenunit" [
▪
Controleer of er direct onder of naast de
binnenunit meubels staan. Verplaats de meubels.
▪
De airconditioner wordt mogelijk opgewarmd om
te verwarmen. Wacht 1 tot 4 minuten.
▪
Als u een stromend geluid hoort, draait de
buitenunit mogelijk in de ontdooistand. Wacht 4
tot 12 minuten.
▪
Controleer of de weektimer en in-/uitschakeltimer
op hetzelfde tijdstip zijn ingesteld. Verander de
instelling of schakel ze uit. Zie
uitschakeltimer"
4
"5.12 Weektimer" [
35].
▪
Controleer of de klok en de dag van de week juist
zijn ingesteld. Zie "4.4 Klokinstelling" [
Controleer of uw systeem GEEN versie voor alleen
verwarmen is.
instelling
van
4
25].
temperatuurinstelling.
4
23].
4
26].
Zie
"7
Onderhoud
"5.9 Econo en
4
30].
"5.11 In-/
4
[
32]
4
19].
Daikin kamerairconditioner
4P518786-15N – 2024.04
de
Zie
Zie
en
en
FTXTM-A