Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

D. Continue drainage
Voor continu gebruik of onbeheerde ontvochtiging dient u de aangesloten afvoerslang op het apparaat aan te
sluiten. Het condenswater loopt vrijelijk af in een emmer of afvoergat door gebruik te maken van de
zwaartekracht. Verwijder de rubberen plug die is bevestigd aan de continue afvoeraansluiting aan de
achterkant van het apparaat voordat u de slang aansluit.
Verwijder de watertank en vergrendel, met de rubberen plug verwijderd, het gat aan de voorkant van het
apparaat, waardoor normaal gesproken het water in de tank wordt afgevoerd, waardoor het water wordt
afgevoerd via het achterste deel waarop de afvoerslang is aangesloten. Sluit een waterafvoerslang
(inbegrepen in de verpakking) aan op de achterkant van het apparaat (binnendiameter van de connector: 9
mm), het water kan continu worden afgevoerd. Controleer of de slang goed is aangesloten op de
afvoeropening om accidentele waterlekkage te voorkomen. De afvoerslang mag niet te lang zijn (meestal 0,6
m) en mag niet boven het niveau van het afvoergat worden geplaatst om de afvoer van het afgevoerde water
te garanderen.
• Plaats het apparaat op een horizontaal en stabiel oppervlak.
• Schakel het apparaat uit voordat u het in gebruik neemt.
Verwijder de plug van het waterafvoergat en bewaar deze op een veilige plaats.
Continue afvoerafvoer
• Sluit de afvoerslang stevig en correct aan en zorg ervoor dat deze
niet verstopt is.
• Plaats het uitlaatuiteinde van de slang in een afvoergat of emmer en zorg
ervoor dat het water vrij uit het apparaat kan weglopen.
• Dompel het uiteinde van de slang niet onder in water; Anders kan er een "Air
Lock" in de slang ontstaan.
Om waterverspilling te voorkomen:
Omdat de negatieve druk van de condensafvoerbak groot is, kantelt u
de afvoerslang naar beneden richting de vloer. Het is passend dat de
hellingsgraad groter is dan 20 graden.
Maak de slang recht om buigen te voorkomen.
E. ANTI-VRIESFUNCTIE
Deze functie wordt geactiveerd wanneer de omgevingstemperatuur onder de 16°C daalt. Op het display
verschijnt „P1". Het wordt elke 38 minuten gedurende 8 minuten geactiveerd tussen 2 en 12°C. Het
wordt ook iedere 60 minuten gedurende 5 minuten geactiveerd tussen 12 en 16°C.
16

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Smart 10 ecoSmart 12 ecoSmart 14 ecoSmart 16m

Inhoudsopgave