Kompressorfunktie
Het kompressorrelais werkt in samenwerking met de thermostaat. Zodra de
thermostaat koeling vraagt wordt het kompressorrelais geactiveerd.
Aan-tijd
Om repeterende aan-uit situaties te vermijden kan de minimale aan-tijd ingesteld
worden voor als de kompressor ingeschakeld is, en een minimale uit-tijd voor als de
kompressor uitgeschakeld is.
Min.AAN-time (inmin.)
Min.UIT-time (in min.)
Veiligheid in samenhang met voelerfouten
Als de ruimtevoeler kapot gaat (kortsluiting of breuk) zal de regelaar een regeling
starten voor de kompressor en tegelijkertijd een voeler alarm afgeven.
Na 72 keer aan/uit schakelen van het kompressorcontact tijdens normaal bedrijf
"onthoud"de regelaar de aan/uit tijden van dit relais. De regeling wordt dan
gebaseerd op de gemiddelde aan/uit tijd.
Als de regelaar nog geen 72 keer geschakeld heeft wordt de regeling gebaseerd
op een tijdperiode van 20 minuten. Gedurende deze 20 minuten wordt de
kompressor gestart en gestopt aaan de hand van een ingesteld
percentage.Bijvoorbeeld bij 40% is het kompressorrelais 8 van de 20 minuten
onbekrachtigd.
Kompressorstop bij geopende deur
Als de digitale ingang geprogrammeerd staat voor deurcontrole (zie defenitie
onder "overigen") kan de kompressor gestopt worden zodra de deur geopend
wordt. Met de instelling "YES" (AAN) zzal de kompressor stoppen bij geopende
deur.If a digital input is used for a door monitoring function (see definition in
section "Miscellaneous"), the compressor may be stopped when the door is
opened.
With the setting YES (ON) the compressor will be stopped.
Ontdooien
De regelaar heeft een tijdfunktie zodat er periodiek een ontdooiing gestart kan
worden (iedere 8 uur).
Indien een ontdooiperiodes op bepaalde momenten van de dag moeten
plaatsvinden moet de instelling dusdanig zijn dat de perioden overeenkomen met
de frequentie van 8 uur. Het is echter ook mogelijk een zgn. "real-time" klok te
gebruiken. Hiermee kunnen ontdooiingen plaatsvinden op vooraf bepaalde
tijdstippen.
Regelaars met een ontdooiuitgang kunnen naar keuze ingesteld worden op
heetgas of electrisch ontdooien.
Een ontdooiing kan worden beëindigd op tijd of , m.b.v. een ontdooivoeler, op
temperatuur.
Ontdooimethode
Met deze parameter kunt u kiezen tussen electrisch of heetgas ontdooien.
Gedurende een ontdooiperiode is het ontdooirelais "uit". De instelling van
ontdooimethode heeft invloed op de funktie van het kompressorrelais gedurende
een ontdooiperiode. Bij electrisch ontdooien is het kompressorrelais niet
geactiveerd, maar bij heetgasontdooiing wel.
Ontdooistop op temperatuur
Met behulp van een ontdooivoeler kan de ontdooiing beëindigd worden bij een
vooraf ingestelde temperatuur. Als er geen ontdooivoeler is aangesloten wordt de
ontdooiing beëindigd op tijdbasis.
Interval tussen ontdooiperioden
Er zijn twee manieren om een interval in te stellen. De parameter wordt op "OFF"
gezet wanneer de ontdooiing gestart wordt via de digitale ingang of via een "real-
time"
klok. De parameter wordt op een bepaalde interval gezet (u geeft het aantal
uren tussen twee ontdooiperiodes aan).
Maximale ontdooiduur
In geval van een ontdooistop op temperatuur is deze parameter bedoeld als
veiligheid. De ontdooiing wordt beëindigd als de tijd verstreken is indien niet op
temperatuur (een alarm wordt geactiveerd). Als ontdooien op tijd geselecteerd is
wordt de ontdooiing gewoon beëindigd wanneer de ingestelde tijd verstreken is.
EKC 201/EKC 301
Handleiding
RS8AV210 © Danfoss 05-2005
Kompressor
c01
Min. ON-time
c02
Min. OFF-time
c03
Cutin frequency
c04
Cmp out door opn
Compressor relay
Hier kunt u de status van het relais
aflezen of geforceerd bedienen in de
handbediening modus.
Ontdooien
d01
Def. method EL=0
d02
Def. stop temp
d03
Defrost interval
d04
Max defrost time
5