[OPNAME] functie:
Het maken van beelden met uw favoriete
instellingen
(
: Normale beeldfunctie)
·
Het toestel stelt automatisch de sluitertijd en de lensopening in volgens de helderheid van
het object.
U kunt beelden maken in grote vrijheid door verschillende instellingen in [OPNAME] menu
te veranderen.
Schuif de [OPNAME]/[AFSPELEN]
keuzeschakelaar naar [!].
A Instelknop
B [OPNAME]/[AFSPELEN] keuzeschakelaar
Stel de functieknop in op [·].
Richt de AF-zone op het punt waarop u
wenst scherp te stellen.
Druk de ontspanknop half in om scherp te
stellen.
•
De focusaanduiding (groen) gaat branden wanneer er
op het onderwerp scherpgesteld is.
•
Het focusbereik is 50 cm
Druk de half ingedrukte ontspanknop
helemaal in om het beeld te maken.
•
De kaartaanduiding wordt rood als er opnamen met het
ingebouwde geheugen (of de kaart) worden gemaakt.
Richt de AF-zone op het onderwerp en druk vervolgens de ontspanknop tot de helft in.
A
A Aanduiding voor de scherpstelling
B AF-zone (normaal)
C AF zone (wanneer u de digitale zoom gebruikt of wanneer het donker is)
·
(Breed)/1 m (Tele)
Het focussen
Focus
Aanduiding voor
B
de scherpstelling
C
AF-zone
Geluid
tot ¶
Wanneer er
scherpgesteld is op
het object
Aan
Wit>Groen
Biept 2 keer
Basiskennis
Wanneer er niet
scherpgesteld is
op het object
Knippert
Wit>Rood
Biept 4 keer
(DUT) VQT2E27
19