11. Plaats de batterij zo, dat de metalen contactpunten van de batterij zijn uitgelijnd
met de metalen contactpunten op het toestel.
12. Schuif de batterijklep terug op het toestel zodat het vastklikt.
Als de batterij is opgeladen, wordt het toestel ingeschakeld. Laad de batterij op wanneer
het toestel niet inschakelt.
Figuur1.
De batterijklep verwijderen
Figuur2.
De SIM-kaart plaatsen
6