De monitor gebruiken
De monitor inschakelen
Druk op de knop
om de monitor in te schakelen.
De bediening op het voorpaneel gebruiken
Gebruik de bedieningsknoppen op de onderrand van de monitor om het beeld aan te passen.
In de volgende tabel worden de bedieningsknoppen beschreven:
Tabel 16.
Beschrijving bedieningsknoppen.
Bedieningsknoppen
1
Vooraf ingestelde modus
2
Helderheid/contrast
3
Menu
4
Afsluiten
5
Voedingsknop
(met voedingsstatuslampje)
Afbeelding 24.
1
Afbeelding 25.
Bedieningselementen voorpaneel
Beschrijving
Gebruik deze knop om een keuze te maken uit een lijst met vooraf ingestelde modi.
Voor directe toegang tot het menu Helderheid en contrast.
Hiermee opent u het OSD-menu (On-Screen Display) of opent u de lijst met items/opties
van een menu-item. Meer informatie vindt u onder
Om terug te keren naar het hoofdmenu of om dit te verlaten.
De monitor in- of uitschakelen.
Een continu brandend wit lampje geeft aan dat de monitor is ingeschakeld en normaal
functioneert. Een knipperend wit lampje geeft aan dat de monitor in de stand-bymodus
staat.
Schakel de monitor in.
2 3 4 5
Het OSD-menu openen..
De monitor gebruiken
31