Inhoudsopgave
Advertenties
Technische handleiding
6. Onderhoud van de sondes
Wanneer een pH- of ORP-sonde is gedompeld in het water, vormt er zich tegen de glasrand een film
waarvan de dikte toeneemt in de tijd. Deze onzichtbare film veroorzaakt een langere responstijd,
een degradatie van de helling en een afwijking van het nulpunt. De afwijking van het nulpunt kan
gemakkelijk worden gecompenseerd door regelmatige kalibratie. De temperatuurstijging is ook een
belangrijke factor bij de veroudering.
Behoud van de sondes:
Bewaar de sondes nooit in gedestilleerd water. De natte opgeslagen sondes kunnen direct worden
hergebruikt, de "droge" opgeslagen sondes moeten enkele uren worden gerehydrateerd, maar ze
hebben minder last van "veroudering".
Daarom raden wij aan:
• bij een lange opslagtijd: droog bewaren
• bij een korte opslagtijd: in een KCI 3M-oplossing, of bij gebreke daarvan, in leidingwater.
Regeneratie van sondes:
De levensduur van een sonde kan worden verlengd door middel van een periodieke regeneratie. Om
een sonde te regenereren, volstaat het om die in een verdunde chloorwaterstofzuuroplossing (0,1 M
Hcl) te weken. Een dergelijke oplossing bekomt u door enkele (8-10) druppels chloorwaterstofzuur
(37% HCl) aan een half glas (5cl) kraanwater toe te voegen.
In welke gevallen kunnen we regenereren?
• wanneer de helling te zwak wordt (vaak te wijten aan een vervuilde of verstopte kruising)
• wanneer de responstijd te lang wordt
• wanneer wordt afgeweken van het nulpunt. De afwijking van het nulpunt kan ook andere oorzaken
hebben:
– verontreinigde elektrolyt doordat vloeistof in de sonde binnendrong
– vervuilde kruising
– een sonde gebruikt in een installatie met lekstroom omwille van slechte massa (in dit geval
heeft een regeneratie geen zin)
Kalibratie:
Elke sonde wordt gekenmerkt door zijn afwijking en zijn helling. Deze twee meetpunten moeten
worden bepaald met behulp van de kalibratieoplossingen en de metingen doorvoeren naar de aan-
gesloten instrumenten. Aangezien deze kenmerken hebben de neiging om af te wijken door het ge-
bruik, dienen regelmatig kalibraties te worden uitgevoerd. In de volgende gevallen is een kalibratie
verplicht:
• bij de installatie
• na de vervanging van de sonde
• na elke reiniging met een reinigingsoplossing
• na een langdurige opslag
Orpheo 2
v4.0NL
23
Advertenties
Inhoudsopgave
