Draadloos Multifunctionele Relais AC-160-C
Het AC-160-C draadloze multifunctionele relais vormt een onderdeel
van het JABLOTRON 100 systeem. Het relais kopieert de status van
de geselecteerde PG-uitgangen wanneer het geregistreerd is op het
bedieningspaneel.Het kan ook worden geïnstalleerd als een 'stand-
alone' installatie en volgt de status van maximaal 64 unidirectionele
communicatiedetectors (serie JA-15x) volgens de geselecteerde modus
(Modi: uitgebreide kopie, impuls, verandering van de status, schakelt
altijd uit en blokkeert het relais). Het heeft galvanisch gescheiden
relaiscontacten voor het schakelen van de spanning belastingen van
230 V/16 A. Dit product kan alleen worden geïnstalleerd door een
ervaren vakman met een geldig certificaat, afgegeven door een erkende
distributeur.
Installatie
Het
apparaat
aangesloten op het elektriciteitsnet door
een persoon, die beschikt over een
adequate elektrotechnische kwalificatie.
Het apparaat biedt enkelpolige schakeling
die niet voorzien is van veiligheidsisolatie
De relaismodule is bedoeld om te worden geïnstalleerd in plastic
elektrische kasten. Er moet een radiomodule JA-11xR geregistreerd zijn
op het bedieningspaneel om samenwerking met het systeem
te waarborgen. Het bezet één positie in het JA-100 systeem.
Afbeelding: 1 - Leer (registreren)/set-knop; 2 - LED-indicatoren;
3 - Uitgangsklemmen van het relais; 4 - Klemmen voor netspanning 230 V AC
1. Sluit de voedingskabels (230 V AC) aan op de klemmen (4) en zet
de stroom aan.
2. Basisprocedure:
a.
Wanneer het relais wordt ingeschakeld, zal het RELAIS van
de LED groen branden en zal ERR permanent geel branden
om aan te geven, dat het relais nog niet geregistreerd is in het
systeem, en dat op het relais ook geen detector geregistreerd
werd.
b.
Selecteer de gewenste positie in het venster Apparaten
(Devices) met behulp van de F-Link software en start
de registratiemodus door te klikken op de optie Registreren
(Enroll).
c.
Door langer op de knop te drukken Leer/Set (Learn/Set
button) (1) dan 3 seconden (totdat de gele LED begint
te knipperen) stuurt het relais een registratiesignaal naar het
bedieningspaneel. De registratie op het bedieningspaneel
wordt bevestigd, wanneer de gele LED uitgaat.
3. Test de functie van het relais door te drukken op de knop (1).
Na ongeveer 0,5 seconde word het uitgangsrelais geactiveerd.
Een geschakeld relais wordt aangegeven door een rode LED
(RELAIS).
4. Sluit het bestuurde apparaat aan op de klemmen (3).
Opmerkingen:
-
Het
relais
gaat
over
de netspanning afgesneden wordt of de communicatie met het
bedieningspaneel verloren gaat voor langer dan 1 minuut. Wanneer
het relais de communicatie verliest met een geregistreerd apparaat,
duurt de herstel interval 20 minuten (een verloren communicatie
wordt aangegeven door permanente verlichting van de gele ERR-
LED).
Als
de
netvoeding
bedieningspaneel is hersteld, keert het relais binnen 2 minuten
terug naar de status, die bepaald is door de voorgedefinieerde
instellingen (voor draadloze detectoren met een periodieke
koppelingstest, zoals de JA-151M, kan dit tot 9 minuten duren).
-
Het is ook mogelijk om het relais in het systeem te registreren door
de productiecode in te voeren via de F-Link-software. Een sticker
met de productiecode is aangebracht op de achterzijde van het
relais. Alle cijfers in de code zijn vereist (1400-00-0000-0001)
-
JA-18x detectoren zijn niet compatibel met het relais
Het draadloze multifunctionele relais AC-160-C
kan
alleen
worden
naar
de
standby-modus,
wanneer
of
de
communicatie
met
-
Detectoren met meervoudige ingang zoals de JA-150M worden
altijd geregistreerd op één positie en het relais wordt alleen
geactiveerd door de eerste ingang van de detector. De tweede
ingang heeft geen effect.
-
Na elke indrukking van de Leer/Instel-knop (Learn/Set button)
wijzigt het relais zijn status na 0,5 seconde, evenals wanneer een
registratiesignaal wordt doorgegeven of tijdens het invoeren van
de servicemodus van het relais - aangegeven door de LED van het
RELAIS. Wanneer een bedieningspaneel al is geregistreerd,
kan de functie worden uitgeschakeld – zie hieronder de instellingen.
Instelling van de eigenschappen van de
De eigenschappen van de module kunnen worden ingesteld in het
Apparaten venster van de F-Link software. Bevindt u zich
op de positie van de module, gebruik dan de optie Interne instellingen
(Internal
settings)
om
u de hiernavolgende opties kunt instellen:
Handmatige controle van het relais: Ingeschakeld: kort de leerknop (1)
indrukken verandert de relaisstaat (schakelt AAN / UIT). Handmatige
.
bediening is altijd mogelijk, zelfs als op dat ogenblik de communicatie
met de centrale verloopt. Handmatige bediening kan volledig worden
uitgeschakeld.
Reageert op PG(s): Deze optie maakt een selectie mogelijk van
de manier, waarop het relais wordt geactiveerd door één of meer centrale
PG-uitgangen.
Gemeenschappelijke timer: Bepaalt de periode, waarvoor het
uitgangsrelais wordt ingeschakeld. De functie verschilt afhankelijk van
de vooraf ingestelde modus van de bijbehorende detector. Deze parameter
dient voor het instellen van de timing van de schakelimpuls. Een type status-
modus van de detector met een "uitgebreide kopie"-reactie veroorzaakt,
dat het relais actief blijft voor de hele tijd, zelfs wanneer de detector naar
stand-by gaat. De timer kan worden ingesteld in de vooraf gedefinieerde
stappen of de gewenste waarde tot 23 u 59 min 59 s
Geregistreerde apparaten: Dit venster bevat 64 posities voor het
registreren van detectoren. Er zijn twee opties om ze aan te melden
voor het relais: de eerste is om de productiecode in te voeren in het
veld voor de productie-code en de tweede registreert ze via
de Leer/Set-knop (Learn/Set button) – zie hierover hoofdstuk
Registratie van de detectoren. In dit geval, indien zij gebruikt worden
met het systeem JA-100, is het aanbevolen om het interne menu
te gebruiken voor een laatste controle van de activeringsmodi van
geregistreerde detectoren.
De interne instellingen voor het relais
werken niet in de onlinemodus. Daarom
is
het
te registreren via de software F-Link door
alleen batterijen te plaatsen. Dit is alleen
mogelijk
serienummer
de instellingen.
Modus Deze optie bepaalt, hoe het relais zal reageren op de activatie
van een geregistreerde detector.
-
Geen de detector heeft geen functie
-
Uitgebreide
kopie:
de statusmodus de kopieerfunctie reeds heeft ingesteld, wordt het
relais INGESCHAKELD, geschakeld voor zolang de detector
is geactiveerd. Als de gemeenschappelijke timer eerder ingesteld
werd, schakelt het relais uit met deze vooraf ingestelde vertraging
na de deactivering van de detector.
-
Impuls de activering van de detector zal het relais INSCHAKELEN
voor
een
vooraf
de gemeenschappelijk timer
-
Wijzig de status: de detector-activering wijzigt de status van het
relais
-
Altijd uitschakeling: de detectoractivering schakelt het relais altijd
uit
-
Blokkering: Een extra detector van de actieve status-modus
blokkeert de schakeling van het relais door andere detectoren
voor de gehele activerings-periode. Als deze detector voor
de
status-modus
een
is de gemeenschappelijk timer niet langer effectief. Als het
blokkeren voorbij is, wordt het relais weer geactiveerd, als enige
detector van de status-modus wordt geactiveerd. De blokkering
wordt aangegeven door het knipperen van de groene LED, het
blokkeren tijdens de activatie van de andere detector wordt
aangegeven door het afwisselend groen / rood knipperen van
de relaisled (RELAY LED).
1/ 2
module
een
dialoogvenster
te
openen,
niet
mogelijk
om
apparaten
door
het
invoeren
en
het
opslaan
Als
de
bijbehorende
detector
vastgestelde
periode
bepaald
naar
de
standby-modus
overschakelt,
waar
van
het
van
van
door
MLZ54702