• Zorg dat de adapter in het dichtstbijzijnde stopcontact bij het
apparaat steekt en dat het goed bereikbaar is.
• Het uiteinde van het adaptersnoer NIET aanraken wanneer
deze zich in het stopcontact bevindt.
• De Angelcare® babyfoon gebruikt de openbare ether om
signalen te zenden. Het oudertoestel (ontvanger) kan
eventueel signalen of storingen van andere babyfoons in de
omgeving opvangen. Uw babyfoon kan zelfs ook door andere
huishoudens worden opgevangen. Zorg dat beide eenheden
uitgeschakeld zijn wanneer u ze niet gebruikt, om uw privacy
te beschermen.
• Dit product dient door gekwalificeerd personeel te worden
hersteld. Binnen de babyfoon bevinden zich geen onderdelen
die de gebruiker zelf kan herstellen. Verwijs alle vragen
omtrent herstellingen aan uw distributeur.
Onderhoud van uw babyfoon
AANWIJZINGEN BEWAREN: Bewaar de handleiding voor naslag.
SCHADE DOOR WATER, VOCHT EN WARMTE: Alle onderdelen uit de
buurt van water (gootsteen, bad, zwembad) en warmtebronnen (oven,
verwarming) houden.
STORINGSVERHELPING
Probleem
Er wordt geen geluid uitgezonden.
Lampje 'AAN' (groen licht) licht
niet op. Het scherm van de oud-
ereenheid blijft leeg.
Nachtlamp werkt niet.
Zeer zwakke ontvangst.
Ruis, vervorming, storing (van andere
babyfoons, draadloze telefoons,
walkie-talkies, enz.)
Terugkoppeling (pieptoon uit
oudertoestel).
VENTILATIE: Voor een goede luchtcirculatie, plaats beide eenheden
ALTIJD op een vlak oppervlak, rechtop.
AC-STROOMBRON: Gebruik alleen de AC-adapters die met de
Angelcare® babyfoon worden geleverd.
BESCHERMING VAN HET SNOER: Vermijd schade aan de
adaptersnoeren. Plaats de snoeren zodat men er niet overheen kan lopen
en evenmin ze beschadigen of inklemmen door voorwerpen.
REINIGING: Vóór reiniging dienen alle componenten ontkoppeld te worden.NIET
in water onderdompelen, maar gebruik een droge doek om de babyfoon stofvrij
te houden. NIET met reinigingsproducten of oplosmiddelen bespuiten, maar met
een lichtvochtig doekje met ontsmettingsmiddel of zacht reinigingsmiddel
schoonmaken.
VOORWERPEN EN VLOEISTOFFEN: Zorg dat er geen voorwerpen op de
toestellen vallen en dat er geen vloeistoffen binnendringen.
KORTE OF LANGERE TIJD NIET IN GEBRUIK: Als u de babyfoon een
korte tijd niet gebruikt, zorg dan dat u beide toestellen (zender en
ontvanger) uitzet alvorens deze te ontkoppelen, anders schakelen beide
toestellen over op batterijvoeding. Wanneer u de babyfoon langere tijd
niet gebruikt, verwijder dan de batterijen uit beide toestellen en trek de
AC-adapters uit het stopcontact.
Mogelijke oorzaak
• Beide toestellen staan te ver uit elkaar.
• Batterijen zijn te zwak of verkeerd in toestel
geplaatst.
• AC-adapters zijn niet goed aangesloten, of
stopcontact is buiten werking.
• Één van beide toestellen staat uit
• Batterijen zijn zwak of verkeerd in toestel(len)
geplaatst.
• AC-adapters zijn niet goed aangesloten, of
stopcontact is buiten werking.
• Babytoestel (zender) staat uit ('O').
• Nachtlamp staat niet aan
• Nachtlamp-LED is stuk
• Toestellen staan te ver uit elkaar ('buiten bereik'
knippert en piept op het oudertoestel).
• Een of beide toestellen staan te dicht bij een grote
metalen massa.
• Een of beide toestellen staan niet rechtop.
• Zwakke batterijen.
• Oudertoestel (ontvanger) is buiten bereik.
•Oudertoestel (ontvanger) is dichtbij gemotoriseerde appa-
raten, tl-lampen, televisie, enz.
• Toestellen staan te dicht bij elkaar.
• Volume op het oudertoestel (ontvanger) staat te luid.
37
Oplossing
• Oudertoestel (ontvanger) dichter bij het babytoestel
(zender) plaatsen.
• Batterijen controleren/vervangen of de ontvanger
opladen.
• Aansluitingen controleren of ander stopcontact
gebruiken.
• Zorg dat beide eenheden ingeschakeld zijn.
• Oudertoestel (ontvanger) dichterbij het babytoestel
(zender) plaatsen.
• Batterijen controleren/vervangen of oudertoestel
opladen.
• Zorg dat het babytoestel (zender) ingeschakeld is
(linkervleugel in '-' stand).
• Bovenste doorzichtige knop op babytoestel
indrukken.
• Raadpleeg uw distributeur.
• Toestellen dichter bij elkaar plaatsen.
• Een of beide toestellen verzetten.
• Toestellen op vlak oppervlak plaatsen, buiten bereik van
baby.
• Batterijen in babytoestel (zender) vervangen of ouder-
toestel (ontvanger) opladen.
• Eenheden dichter bij elkaar plaatsen.
•'Buiten bereik'-indicator op babytoestel (zender)
aanzetten (linkervleugel omhoog).
• Oudertoestel draaien of van de storingsbron
verwijderen.
• Toestellen verder uit elkaar zetten (minstens 3 meter).
• Volume van oudertoestel zachter zetten.