INSTALLATIE
Dit apparaat is alleen bedoeld voor wandmontage, met de relevante elektrische
bedrading via de vaste bedrading, niet blootgesteld aan mensen en aangesloten
op de vaste elektrische bedrading.
De veiligheids en bedieningsfuncties van het apparaat zijn alleen beschikbaar als
de elektrische bedrading via de juiste opening voor kabels in de plastic plaat loopt.
Om toegang te krijgen tot de interne aansluitingen, verwijdert u het voorpaneel door
de schroef los te draaien. Voer de elektrische bedrading uit volgens de voorgestelde
bedradingsschema's, zie verder.
De snelheid waarmee het apparaat werkt, is sterk afhankelijk van de plaats in de
ruimte en het soort gas dat moet worden gedetecteerd.
Voor 'zware' gassen zoals LPG is het aan te raden om het apparaat onderaan te
installeren (ongeveer 30 cm van de vloer), terwijl het voor 'lichte' gassen zoals
methaan bovenaan moet worden geïnstalleerd (ongeveer 30 cm van het plafond).
Installeer de detector niet op plaatsen waar de werking ervan in gevaar kan
komen, zoals :
– in een gesloten ruimte (bijvoorbeeld in een kast of achter een gordijn)
– direct boven een gootsteen
– in de buurt van een deur of raam
– in de buurt van een luchtafvoer
– in een ruimte waar de temperatuur onder 10 °C kan dalen of boven +40 °C
kan stijgen
– op een plaats waar vuil en stof de sensor kunnen blokkeren
– in een vochtige ruimte.
Gebruik de volgende stoffen niet in de directe omgeving van het apparaat :
– alcohol, benzines
– oplosmiddelen en verdunners
– lijm, verf en siliconenproducten
– schoonmaakmiddelen
– parfums
– sprays in het algemeen.
Gebruik alleen een met water bevochtigde doek om het apparaat schoon te maken.
Om een effectieve veiligheid te garanderen, moet de gaslekdetector worden
aangesloten op een magneetventiel dat de gasstroom onderbreekt bij een alarm.
De gasinstallatie en de magneetklep moeten voldoen aan de wettelijke vereisten
die gelden in het land van gebruik.
Er kunnen twee typen magneetventielen worden aangesloten op de detector :
– 230 V normaal open magneetventiel
– 230 V normaal gesloten magneetventiel.
Om de goede werking van de sensor te controleren is een specifieke testgasfles
(optioneel) beschikbaar die volgens de bijgeleverde instructies moet worden
gebruikt.
WAARSCHUWING : het gebruik van andere testmethodes, zoals gasaanstekers,
brandbare dampen, enz. kan leiden tot foutieve conclusies en onherstelbare
schade aan de sensor.
WAARSCHUWINGEN
De installateur wordt eraan herinnerd om het kleefetiket dat bij het product wordt
geleverd in te vullen en aan te brengen door de installatiedatum van het product op
te schrijven, de datum vóór dewelke de sensormodule moet worden vervangen, de
datum vóór dewelke de sensormodule voor de tweede en laatste keer moet worden
vervangen en ten slotte de datum vóór dewelke de volledige detector moet worden
vervangen. Deze laatste staat op 15 jaar vanaf de installatiedatum van het product.
Het label moet door de installateur worden aangebracht op een deel van het
apparaat dat normaal zichtbaar is tijdens de installatiefase.
Voorzorgsmaatregelen label
Lees de instructies zorgvuldig door voordat u de sensor vervangt
Koppel de voeding los voordat u de sensor vervangt
Datum van installatie
Datum van volgende (1e) vervanging van de sensor
Datum van volgende (2e) vervanging van de sensor
Datum van vervanging
Levensduur apparaat : 15 jaar na 1e installatie.
Levensduur sensor : 5 jaar
De sensor mag maximaal twee keer worden vervangen en alleen door een gekwali
ficeerd persoon.
LET OP !
– Knoeien met het apparaat kan leiden tot elektrische schokken of
storingen.
– Sluit het apparaat aan op het elektriciteitsnet met een omnipolaire
schakelaar die voldoet aan de huidige normen en met een contact
openingsafstand van minstens 3 mm op elke pool.
– De installatie en elektrische aansluiting van het apparaat moeten worden
uitgevoerd door gekwalificeerd personeel in overeenstemming met de
geldende wetgeving.
– Voordat u aansluitingen maakt, moet u ervoor zorgen dat de netvoeding
is losgekoppeld.
– OPMERKING : de systeemconfiguratie met detector en sensor op afstand
valt niet onder het IMQkeurmerk.
WAARSCHUWING ! In het geval van een alarm :
1) Schakel alle waakvlammen uit.
2) Sluit de algemene meterkraan (indien methaan of LPG).
3) Vermijd voorzichtig het in- of uitschakelen van elektrische apparaten.
4) Ventileer de ruimte onmiddellijk door deuren en ramen te openen.
Als het alarm stopt, is het noodzakelijk om de oorzaak te achterhalen en te
verhelpen.
Als het probleem niet is opgelost of als de oorzaak niet is gevonden, verlaat
dan onmiddellijk de ruimte en bel een gekwalificeerde technicus.
........................................
........................................
........................................
........................................
RGD GP5
Gasdetector voor propaan |
2