VERWIJDEREN VAN HET FILTER/AFVOEREN
VAN RESTWATER
Controleer en reinig het filter regelmatig, ten minste twee
of drie keer per jaar.
Met name:
• Als het apparaat niet goed afpompt of als het niet
centrifugeert.
• Als het indicatielampje "Reinig filter" brandt:
BELANGRIJK: laat het water afkoelen voordat u
het afvoert uit het apparaat.
1. Stop de machine en trek de stekker uit het
stopcontact.
2. Verwijder de plint of open de afdekking (afhankelijk
van het model) met behulp van de verdeler of het
wasmiddelbakje (afb. A / B).
3. Zet een bak onder het filter. Als bij uw wasmachine het
filter achter de plint zit (zie de afbeeldingen "A" en
"C"), gebruik dan een brede, heel platte houder met
een hoogte van maximaal 2 cm.
4. Open het filter maar trek het niet helemaal naar
buiten. Draai het filter langzaam naar links (afb. C)
totdat het water eruit begint te lopen.
5. Wacht totdat al het water in de bak gestroomd is.
6. Schroef het filter helemaal los en neem het weg.
7. Kantel het apparaat voorzichtig voorover en laat het
water naar buiten stromen.
8. Reinig het filter en de filterkamer.
9. Controleer of de rotor van de pomp weer goed kan
bewegen.
10. Plaats het filter terug en schroef het zover mogelijk
naar rechts.
11. Giet ca. 1 liter water in de wasmiddellade om het "Eco-
systeem" weer in te schakelen. Controleer of het filter
goed en stevig geplaatst is.
12. Plaats de plint of de afdekking terug, afhankelijk van het
model.
13. Steek de stekker weer in het stopcontact.
14. Stel een programma in en start het.
A
B
C
NL 7