Datum: 20/09/2012
6T 8204-06c
De aanduiding van de status (het hangslotje) (14) wordt rood zodra één van de zones ingeschakeld
wordt. Het veld (15) geeft een gedeeltelijke werking aan zodra een zone ingeschakeld wordt of een
totale wanneer alle zones waarvan de parameters ingesteld zijn, worden ingeschakeld.
5.1.2
INSTELLING PARAMETERS VAN DE ALARMINGANGEN
Met dit apparaat kunnen de door de alarmcentrale gemelde evenementen worden weergegeven.
-
Typ de adressen van de groepen die bij ieder type evenement passen
KNX-adressen van het apparaat:
Benaming
Deur open
Storing
Zwak vooralarm
Sterk vooralarm
Insluipalarm
Insluipalarm
bevestigd
Alert
Stil alarm
Brandalarm
Technisch alarm
ALARM
DE APPARATEN VAN HET TYPE BEVEILIGING
Functie
Behandeling van de status van de open gebleven deuren.
Opslag in het geheugen van storingen op het gebied van spanning,
zelfbeveiliging, onderbreking telefoonverbinding en radioverbinding.
Alarmniveau 1. Melding van de insluiper.
Alarmniveau 2. Voortgang van de insluiper.
Alarmniveau 3. Melding van de insluiper bevestigd.
Vooralarm + insluiping of 2 achtereenvolgende insluipingen.
Volledige inschakeling van alle alarmmiddelen.
Uitsluitend inschakeling van een transmissie per telefoon.
Inschakeling van een specifiek geluidsignaal bij een brandmelding.
Inschakeling van een plaatselijke melding en een transmissie per telefoon voor
alle meldingen in huis (overstroming, storing diepvriezer, gas...).
7