MC2-Klima
3 Ontdooien
3.1 Start
Een ontdooicyclus kan op 4 verschillende manieren gestart worden.
1. Handmatig via het bedienpaneel.
2. Periodiek, p112 uren na het aflopen van de vorige ontdooicyclus.
3. Als er p112 uren gekoeld is na het aflopen van de vorige ontdooicyclus.
4. Op 1 van de 10 in p140 t/m 149 geconfigureerde kloktijden
De manier van starten wordt bepaald door p111. Het starten kan uitgesteld worden doordat de
omschakeltijd tussen koelen en verwarmen (p78) nog niet is afgelopen.
De ontdooicyclus wordt overgeslagen als de ontdooitemperatuur op het start moment hoger is dan
p113.
3.2 Varianten
Met p110 wordt aangegeven of er natuurlijk of elektrisch/heet-gas wordt ontdooid.
3.2.1 Natuurlijke ontdooiing
De koeling wordt uitgeschakeld en de bijhorende ventilator wordt aangeschakeld. En als het ont-
dooirelais is geconfigureerd dan wordt deze geactiveerd. Deze stand wordt voor minimaal p114
minuten vast gehouden. Na deze tijd wordt de koeling en ventilator weer vrijgegeven als er p115
minuten zijn verstreken of als de ontdooitemperatuur hoger wordt dan p116 (mits er een ontdooi-
sensor is geconfigureerd en deze geen elektrische storing heeft).
3.2.2 Elektrische of heet-gas ontdooiing
De koeling en de bijhorende ventilator worden uitgeschakeld en het ontdooirelais wordt geacti-
veerd. Deze stand wordt voor minimaal p114 minuten vast gehouden. Na deze tijd wordt de koeling
weer vrijgegeven als er p115 minuten zijn verstreken of als de ontdooitemperatuur hoger wordt dan
p117 (mits er een ontdooisensor is geconfigureerd en deze geen elektrische storing heeft).
De ventilator wordt pas weer vrijgegeven nadat de ontdooitemperatuur lager wordt dan p118 of als
de maximale tijd (p119) is verstreken.
Document-Nr.:
Pagina 10 van 49
Do230377
Versie: 0.3