Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Programmeer- En Afstelprocedures; Standen Waarin Het Scherm Automatisch Stopt; Programmering Van Meerdere Motoren Met Een Zender Met Één Kanaal; Algemene Waarschuwingen - Nice E EDGE SI 228 LI ION Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

3
PROGRAMMERING EN AFSTELLING

3.1 - Programmeer- en afstelprocedures

De programmeer- en afstelprocedures zijn in 5 groepen onderverdeeld:
Groep A – uitgevoerd
met een zender.

3.2 - Standen waarin het scherm automatisch stopt

De elektronica die de beweging van het scherm op elk moment regelt, kan de motor
zelfstandig stoppen wanneer het scherm een bepaalde door de installateur gepro-
grammeerde stand (of "hoogte") bereikt. De standen zijn weergegeven in fig. 4 en zijn:
- stand "0" = eindstand BOVEN (scherm volledig opgerold);
- stand "1" = eindstand ONDER (scherm volledig uitgerold);
- stand "H" = TUSSEN stand (scherm gedeeltelijk open).

3.3 - Algemene waarschuwingen

• De afstelling van de eindaanslagen moet worden uitgevoerd nadat de motor geïn-
stalleerd en aangezet is.
• Houd de tijdslimieten die zijn aangegeven in de procedures strikt in acht: nadat
een toets is losgelaten, heeft men 60 seconden de tijd om op de volgende toets
te drukken die door de procedure is voorzien; als deze tijd verstrijkt zonder dat
iets gebeurt, zal de motor 6 bewegingen maken om de annulering van de lopende
procedure aan te geven.
• Tijdens het programmeren voert de motor een bepaald aantal korte bewegingen
uit, als "antwoord" op het commando gegeven door de installateur. Het is belangrijk
om deze bewegingen te tellen, ongeacht de richting waarin zij worden uitgevoerd.
De bewegingen worden in de procedures aangegeven met een getal gevolgd door
het symbool
.
3.4 - Belangrijke aanwijzingen voor het opslaan van
de radiografische zenders
• Raadpleeg de productcatalogus "Nice Screen" (die ook te vinden is op de website
www.niceforyou.com) om zenders te kiezen de compatibel zijn met de in de motor
geïntegreerde radio-ontvanger.
• Als er in het geheugen van de motor geen zender aanwezig is, dient u voor het op-
slaan van de EERSTE zender uitsluitend procedure A.1 te gebruiken. Als echter al
een of meer zenders opgeslagen zijn, mag voor het opslaan van EXTRA zenders
uitsluitend een van de procedures A.5 gebruikt worden.
3.4.1 - Twee manieren om de toetsen van de zenders op te slaan
De procedures die de zenders opslaan zijn in twee categorieën onderverdeeld:
A - Procedures die de toetsen opslaan in "Modus I" (ook wel
"standaardmodus" genoemd)
Dit zijn de procedures A.1 - A.5.1.A - A.5.1.B. Met deze procedures kunnen
tegelijkertijd alle toetsen van de zender opgeslagen worden, door automatisch
elke toets met een basiscommando van de motor te combineren.
B - Procedures die de toetsen opslaan in "Modus II" (ook wel
"persoonlijke modus" genoemd)
Dit zijn de procedures A.5.2.A - A.5.2.B. Met deze procedures kan één
toets van de zender opgeslagen worden, door deze toets te combineren met
een van de beschikbare commando's uit de "commandolijst" van de motor (de-
ze lijst bevindt zich binnen elke procedure). De toets en het commando worden
door de installateur gekozen op basis van de vereisten van de installatie.
3.4.2 - Maximum aantal zenders dat opgeslagen kan worden
De motor heeft 30 geheugenlocaties. Een locatie kan of één zender (indien opge-
slagen in Modus I) of één toets (indien opgeslagen in Modus II) of één radiografische
klimaatsensor (maximaal 5 sensoren) opslaan.
5 – Nederlands
Procedures die uitsluitend verricht kun-
nen worden met een Nice radiogra-
fische zender van de serie "ERA P"
of "ERA W" met de toetsen s, n, t,
PRG, ESC.
3.5 - Programmering van meerdere motoren met
een zender met één kanaal
Om te voorkomen dat alle niet bij de programmering betrokken motoren moeten wor-
den uitgeschakeld (schakelaar op OFF), wordt in deze gevallen geadviseerd om als
volgt te werk te gaan:
1) - voer de procedure A.1 uit om de eerste zender op te slaan in de motor die bij de
programmering is betrokken;
2) - voer de procedure A.2 uit om de andere reeds opgeslagen motoren en die dus
niet bij de programmering zijn betrokken, te blokkeren en onwerkzaam te maken;
3) - (bij de betrokken motor) voer alle gewenste programmeringen uit, en reserveer
de laatste programmering voor de eindstanden (*);
4) - activeer ten slotte de eerder geblokkeerde motoren met de toets ESC.
–––––––––
(*) Opmerking – Als u de "tijdsduur van de manoeuvre" wilt programmeren, voert
u de betreffende procedure (A.11) uitsluitend na programmering van de eindstan-
den uit.
4

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave