Kalibratieprocedure
• Ga naar de kalibratiemodus in de pH-meetmodus.
• Plaats de elektrode in de eerste kalibratiebuffer. Als u een tweepuntskalibratie uitvoert, moet u
eerst buffer pH 7,01 gebruiken.
• De meter gaat naar de kalibratiemodus en geeft "pH 7,01 USE" weer.
Eenpunts kalibratie
• Plaats de elektrode in buffer pH 7,01, 4,01 of 10,01 buffer. De meter herkent de bufferwaar-
de automatisch.
• Als de buffer wordt herkend, wordt "REC" weergegeven totdat de meting stabiel is en de
kalibratie is geaccepteerd.
• Als de buffer niet wordt herkend, of de pH-elektrode niet in oplossing ondergedompeld is, of
de aflezing buiten het geaccepteerde bereik valt, wordt "---- Err" weergegeven.
• Als u pH 7,01 gebruikt, drukt u na acceptatie van de buffer op de CAL-knop om af te sluiten.
Het bericht "Stor" wordt weergegeven en de meter keert terug naar de pH-meetmodus.
• Als u pH 4,01 of pH 10,01 buffer gebruikt, wordt het bericht "Stor" weergegeven en keert
de meter terug naar de pH-meetmodus. "CAL" wordt weergegeven in de meetmodus met de
gekalibreerde buffer ernaast.
Tweepunts kalibratie
Ga verder met stap 1 t/m 3 onder eenpuntskalibratie met eerst een buffer pH 7,01. Volg dan
onderstaande stappen.
• Het bericht "pH 4,01 USE" wordt weergegeven.
• Plaats de elektrode in de tweede kalibratiebuffer (pH 4,01 of 10,01). Wanneer de tweede
buffer is geaccepteerd, zal het scherm gedurende 1 seconde "Stor" weergeven en keert de
meter terug naar de normale meetmodus.
• "CAL" wordt weergegeven in de meetmodus met de gekalibreerde buffers.
• Als de buffer niet wordt herkend of als de helling buiten het geaccepteerde bereik valt, wordt
"---- Err" weergegeven. Verander de buffer, maak de elektrode schoon of druk op een wille-
keurige toets om de kalibratie te verlaten.
Een tweepunts kalibratie wordt aanbevolen voor een betere nauwkeurigheid.
è
Kalibratie verwijderen
Druk CAL. De meter gaat in kalibratiemodus.
Druk op de aan/uit-knop. CLR wordt weergegeven. De meter is nu in standaardkalibratie.
5