Tabel 3-2
Knopnamen en -beschrijvingen
Knop
(1)
Knop
Omhoog
Toewijsbare functieknop
(2)
Knop
Enter en Selecteren/OK
(3)
Knop
Volgende
Toewijsbare functieknop
(4)
Knop
Vorige
Toewijsbare functieknop
(5)
Knop
Omlaag
Toewijsbare functieknop
De functieknoppen toewijzen
Met uitzondering van de knop Menu kunt u de standaardactie die gekoppeld is aan een functieknop wijzigen,
zodat u snel toegang krijgt tot veelgebruikte menu-items.
Ga als volgt te werk om de functieknoppen opnieuw toe te wijzen:
1.
Druk op de knop
2.
Selecteer Menu, daarna Knoppen toewijzen en vervolgens een van de beschikbare opties voor de knop
die u wilt toewijzen.
Status weergavemodus
Wanneer u de monitor inschakelt, geeft het statusbericht de weergavemodus weer. De weergavemodus wordt
ook weergegeven wanneer u de video-ingang wijzigt.
De huidige weergavemodus wordt weergegeven in het menuvenster Informatie en aan de onderkant van
het hoofdmenu van het schermmenu op de statusbalk. De gebruiksmodi verschillen per model. De meest
voorkomende modi zijn Normaal en Adaptive-Sync.
Ga als volgt te werk om de modus Adaptive-Sync in te schakelen:
22
Hoofdstuk 3 De monitor gebruiken
Beschrijving
Door op deze knop te drukken, gaat u één item omhoog in het schermmenu.
Door op deze knop te drukken, wordt het gemarkeerde schermmenu geopend.
Door op deze knop te drukken, navigeert de gebruiker één menuniveau vooruit in het
schermmenu.
Door op deze knop te drukken, navigeert de gebruiker één menuniveau omhoog in het
schermmenu.
Door op deze knop te drukken, gaat u één item omlaag in het schermmenu.
Menu
om het schermmenu te openen.