= lage waterstand
= gemiddelde waterstand
= hoge waterstand
= intensief ritme
= normaal ritme
= behoedzaam ritme
= handwasritme
= wordt uitgevoerd
–
= wordt niet uitgevoerd
De wasautomaat beschikt over een vol-
ledig elektronische besturing met bela-
dingsautomaat. De wasautomaat be-
paalt zelf de benodigde waterhoeveel-
heid, afhankelijk van de hoeveelheid
wasgoed en het absorptievermogen er-
van.
Het programmaverloop van de hier ver-
melde programma's slaat op het basis-
programma met maximale belading.
Uw wasautomaat houdt u tijdens het
programma op de hoogte van het pro-
grammaverloop.
Programmaverloop
Nadere bijzonderheden over
het programmaverloop
Kreukbeveiliging:
De trommel draait nog maximaal 30 mi-
nuten na afloop van het programma om
kreukvorming te voorkomen.
Uitzondering: In de programma's
Wol en Zijde is er geen kreukbe-
veiliging.
De wasmachine kan op elk moment
worden geopend.
1)
Als u een temperatuur van 60 °C en
hoger gekozen heeft en bij de tempe-
raturen en wordt er 2 keer
gespoeld. Als u een temperatuur van
minder dan 60 °C gekozen heeft,
wordt er 3 keer gespoeld.
2)
Een extra spoelgang wordt uitge-
voerd, wanneer:
– er te veel schuim in de trommel zit
– er een lager eindcentrifugetoerental is
ingesteld dan 700 omw/min
3
Een extra spoelgang wordt uitgevoerd
bij:
– Selectie van de extra functie Extra
water, wanneer in de Instellingen
tra water
of
Extr.wat.+extr.sp.
veerd.
4)
Centrifugeren: om de lucht uit de vul-
ling te persen, centrifugeert het appa-
raat een keer, voordat het met wassen
begint. Hierna loopt het water via vak-
je voor de hoofdwas in het appa-
raat.
5
Een extra spoelgang wordt uitge-
voerd, wanneer:
de extra functie Extra water is inge-
schakeld.
Ex-
is geacti-
57