Draadloos netwerk instellen
•
USB-kabel
Ad-hocnetwerken in Windows instellen
Controleer of de USB-kabel op het apparaat is aangesloten.
1
Zet de computer en het draadloos-netwerkapparaat aan.
2
Plaats de meegeleverde software-cd in uw cd-romstation.
3
Controleer en accepteer de installatie-overeenkomst in het
4
installatievenster. Klik daarna op Volgende.
Selecteer Draadloze netwerkverbinding in het scherm Type
5
printerverbinding. Klik daarna op Volgende.
Selecteer in het scherm Stelt u uw printer voor de eerste keer in?
6
de optie Ja, ik wil het draadloze netwerk voor mijn printer
instellen Klik vervolgens op Volgende.
Als uw printer al is verbonden met het netwerk, selecteert u Nee,
mijn printer is al verbonden met mijn netwerk.
Er verschijnt een lijst met de draadloze netwerken die het apparaat
7
heeft gevonden. Klik op Geavanceerde instelling.
•
Voer de naam van het draadloze netwerk in: Voer de SSID in (de
SSID is hoofdlettergevoelig).
•
Werkingsmodus: Selecteer Ad-hoc.
•
Kanaal: selecteer het kanaal. (Auto-inst. of 2.412 tot 2.467 MHz.)
•
Verificatie: selecteer een verificatietype.
Open syst.: er wordt geen verificatie gebruikt en codering wordt
gebruikt als gegevensbeveiliging vereist is.
Ged. sleutel: verificatie wordt gebruikt. Een apparaat met de juiste
WEP-sleutel heeft toegang tot tot het netwerk.
•
Codering: Selecteer de codering (Geen, WEP64 of WEP128).
•
Netwerkwachtwoord: Voer de sleutelwaarde van het
netwerkwachtwoord in.
•
Netwerksleutel bevestigen: Bevestig de sleutelwaarde van het
netwerkwachtwoord.
•
WEP-sleutelindex: Als u WEP-codering gebruikt, selecteert u de
juiste WEP-sleutelindex.
2. Een via een netwerk aangesloten apparaat gebruiken
178