Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Moederhaard Produceert Teveel Of Te Weinig Warmte - Artel Glass NE Handleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

20. Moederhaard produceert teveel of te weinig warmte

De pellet kwaliteit en de afvoer methode hebben een belangrijke rol in de warmteafgifte van de moederhaard. Op
het moment dat de moederhaard geproduceerd wordt zijn deze factoren nog niet bekend en is het ondoenlijk om
de moederhaard, af fabriek, met de juiste klant specifieke parameters te leveren.
Wat te doen;
Met de parameters in de software kan de moederhaard per vermogen stand afgesteld worden (Hfst XX).
Kritische vuur parameters;
De belangrijkste softwareregels om de moederhaard anders te laten branden zijn;
1. Pellet toevoer per vermogen instelling (Power 1 tot 5)
2. Hoeveelheid lucht door branderbak (Power 1- 5)
Na een wijziging dient men op de volgende items te letten:
Is de vlamhoogte naar wens;
Hoeveel onverbrande pellets liggen er in het korfje;
Komt er veel (zwarte) rook van de vlam;
Wordt de brander haard zwart of niet (inclusief raam);
Hoeveelheid as er geproduceerd wordt.
Opmerking: Stand 1 is gelijk aan de Modulatie Stand.
Pellets;
Als de pellets kort zijn (̴ 10 mm) of langzaam wegbranden dan moet de pellet toevoer naar beneden bijgesteld
worden. Laat de moederhaard, na een wijziging, even branden om goed te kunnen vaststellen wat de invloed is
geweest.
Opmerking: Teveel pellets en te weinig lucht door het vuur veroorzaakt meer as, roet en zwarte rook.
Lucht aanvoer;
De lucht door het vuurkorfje moet zo afgesteld staan dat de pellets iets bewegen of zweven maar geen spuwende
vulkaan veroorzaken met pellets welke uit het bakje worden geblazen.
Zodra de moederhaard op een schoorsteen wordt aangesloten waarin veel natuurlijke trek aanwezig is moet de
ventilator naar beneden bijgesteld worden. Dit is nodig om de natuurlijke trek te compenseren.
Uitlaatgastemperatuur;
De bereikte uitlaatgastemperatuur kan per vermogen stand (Power 1-5) uitgelezen worden door naar status
moederhaard te gaan in Menu 08.
In de laagste stand (Modulatie of Power 1) mag de uitlaatgastemperatuur niet onder de 85 °Celsius komen en in
de hoogste stand power 5 niet boven de 150 °Celsius.
Opm: Mocht u er echt niet uitkomen neem dan contact op met uw Artel Dealer.
Artel Compact RR.Trading
Regel M-9-7-06 t/m 10
Regel M-9-7-18 t/m 22
31 van 31
Rev.03

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave