10
2.6 Nieuwe voedingseenheid
De vorige apparaten hadden een zgn. RC-voedingseenheid die door een relatief
eenvoudige en voordelige constructie wordt gekenmerkt.
Met deze elektronica zijn er echter problemen als:
de elektronica op een elektriciteitsnet met omvormer wordt aangesloten,
de elektronica op een elektriciteitsnet met zwakke spanning wordt aangesloten.
In deze gevallen is het mogelijk dat een aantal componenten de belasting niet uit-
houden en vernield worden.
Door de nieuwe voedingseenheid (transformatoroplossing) worden de grenzen
van het mogelijke duidelijk uitgebreid.
Principieel moet echter altijd naar de gebruiksaanwijzing worden verwezen, waar-
in staat dat het apparaat op 220 - 240 V/50 Hz wisselstroom moet worden aan-
gesloten.
Over het algemeen gelden voor de elektronica de volgende toleranties:
Voedingsspanning
180 - 254 V
2.7 Stroomuitvalzekering
De volgende gegevens worden bij een stroomuitval in de EEPROM opgeslagen:
gewenste KV-temperatuur
gewenste VHV-temperatuur
3. VHV-ventilator
Prioriteitenlijst (dalend):
1. Als de KV-deur geopend is, wordt de ventilator altijd uitgeschakeld.
2. Tijdens het ontdooien is de ventilator altijd ingeschakeld.
3. Bij het sluiten van de KV-deur wordt de ventilator gedurende 30 seconden
ingeschakeld.
4. De ventilator wordt ingeschakeld als het VHV koude vraagt.
5. De ventilator wordt in de cyclus "ventilator-standtijd-aan" en "ventilator-stand-
tijd-uit" na 4 min. standtijd ingeschakeld en loopt dan 12 min.
Elk van deze punten wordt pas toegepast als de vorige punten niet zijn vervuld.
Servicehandboek IKF 209-4/IKF 249-4
Frequentie
50 - 60 Hz
Uitsluitend voor intern gebruik