ZEUS | s88-BiDiB-Link
Plaatsen van de afsluit jumper
Als uw ZEUS aan het einde van een BiDiBus-leiding geïnstalleerd is (d.w.z. alleen vanaf één
van beide BiDiB-aansluitingen een RJ-45-kabel verloopt), moet u de afsluit jumper op JP1 en
JP2 plaatsen. Als u aan de tweede BiDiB-aansluiting achteraf één of meerdere apparaten
aansluit, moet u bij de interface de afsluit jumpers verwijderen.
Let op: Als u bij de interface, welke aan het einde van de busleiding geïnstalleerd is, geen
afsluit jumpers plaatst kunnen door het vervormen van het elektrische signals storingen in de
data overdracht optreden. Als bij een interface, welke niet aan het einde van een busleiding
geïnstalleerd is, de afsluit jumpers geplaatst zijn, kan het tot het ineen zakken van de data
overdracht komen. In beide situaties wordt aan de interface geen schade aangericht.
4.2. Gebruik als s88-interface
Aansluiten van de s88-busleidingen
U kunt aan elk van de drie s88-aansluitingen maximaal 512 massacontacten aansluiten, of
anders geformuleerd:
32 16-voudige bezetmelder of
64 8-voudige bezetmelder.
Als u s88 bezetmelder wilt aansluiten, die geen RJ-45 aansluiting volgens de standaard s88-N
maar slechts een 6-polige stekker hebben, heeft u een extra adapter S88-A nodig. Deze zijn in
een aantal versies voor verschillende inbouw situaties beschikbaar.
Instellingen
Om de s88 bezetmeldingen van de interface naar de PC in HSI-88-modus te overdragen, moet
u op JP3 een jumper plaatsen. Als deze jumper niet geplaatst is wordt de data volgens het
BiDiB-protocol overdragen.
Let op: Wanneer u ZEUS gelijktijdig als s88- en als BiDiB-interface gebruiken wilt, moet u voor
het overdragen van de data van de interface naar de PC het BiDiB-protocol kiezen (de
aansluiting JP3 open laten).
10 | ZEUS aansluiten
tams elektronik