Training Sugar Valley 30-31 Januari 2020 Sibo Fluidra Netherlands BV
Troubleshooting
•
Er staat een AL3 melding op het display. Wat nu?
AL3 ontstaat op het moment dat er een probleem is met een of meer doseerpompen. Deze melding wordt
weergegeven als de doseerpomp de ingestelde waarde niet bereikt binnen de ingestelde tijd. Vanuit de
fabriek staat deze standaard ingesteld op 60 min.
Deze tijd kan aangepast worden via het menu:
"Servicemenu" – "Doseerpompen" – "Alarm AL3"
Oorzaken van het niet bereiken van de ingestelde waarde kunnen zijn:
1) De doseerpomp is niet ingeschakeld (schakelaar van de pomp staat uit). Los dit op door de pomp in te
schakelen (schakelaar van de pomp op "AAN" zetten).
2) De tank waaruit gedoseerd wordt is leeg. Monteer een nieuwe en volle tank. Stel de
doseerpompschakelaar voorlopig in op 2, om de leiding zo snel mogelijk te vullen. Zodra de leiding vol
is, de schakelaar weer omzetten naar 1.
3) Controleer of het doseersysteem waterdicht is. Let op: draag altijd veiligheidsbrillen en handschoenen
bij deze controle.
4) De snelheid van de doseerpomp is te laag (in het geval er een variabele doseerpomp geïnstalleerd is).
Met de kleine rode wieltjes kan de snelheid verhoogd worden. Schakel de pompschakelaar op 0 "OFF",
verwijder de doorzichtige deksel en stel de snelheid in met een kleine schroevendraaier. Plaats het
deksel weer terug en schakel de pompschakelaar weer op 1 "ON".
5) De doseerpomp krijgt geen spanning van de Sugar Valley. Dit is te controleren door de contactpunten
op de Sugar Valley te meten als de doseerpomp op "AAN" staat. Op dat moment moet er 230VAC
gemeten worden. Is dit niet het geval dan zal de unit opgestuurd moeten worden naar SIBO Fluidra
voor onderzoek en reparatie.
6) Als alles in orde is, de pH-sonde controleren om te kijken of deze de juiste waarde aangeeft.
De foutmelding AL3 kan verwijdert worden door de backspace-knop in te drukken.
•
De pH/RX waardes komen niet overeen met een externe meting.
1) Ga naar het menu en voer eerst een nieuwe reset kalibratie uit.
Voer daarna een nieuwe kalibratie uit.
2) Als dit niet werkt wissel de pH/RX chips om en start de unit opnieuw op. Controleer de waardes
opnieuw. Als de foute waarde meegaat met de chip (bv. pH waarde wijkt af en na wisselen wijkt de RX
waarde af) dan zit het probleem waarschijnlijk in de chip. Om dit te bevestigen kan de volgende test
uitgevoerd worden.
Zorg ervoor dat de chip, die de verkeerde waardes geeft, in het pH-slot zit.
3) Haal de sensor van de unit en ga in het menu naar de pH (Buffer) kalibratie (onder metingen). Als de
sensor eraf is en je in stap 1 staat van de kalibratie maak je een kortsluiting op de BNC connector met
een schroevendraaier.
Montage en aansluiten van de Sugar Valley
21