Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Trotec PSIS 11-230V Bedieningshandleiding pagina 10

Inhoudsopgave

Advertenties

Temperatuur instellen
Let op
Bij een te lage soldeertemperatuur vloeit het soldeertin
onvoldoende en veroorzaakt slechte soldeerpunten
(zogenaamde koude soldeerverbindingen). Bij te hoge
soldeertemperaturen verbrandt het soldeermiddel en
vloeit het soldeertin niet. Bovendien kunnen de te
bewerken materialen worden vernield.
De volgende temperatuurinstellingen tonen enkele van de meest
gebruikelijke toepassingen:
• 200 °C: Smeltpunt van het meest gebruikte zachtsoldeer
• 300 °C: Normaal gebruik, bijv. bij het gebruik van loodvrije
soldeertin
• 400 °C: Hoge soldeertemperatuur, bijv. voor het
desolderen van kleine soldeerpunten
• 500 °C: Maximale soldeertemperatuur, bijv. voor het
desolderen van grote soldeerpunten
Het apparaat kan worden ingesteld op een temperatuur tussen
150 °C en 500 °C. Voor het instellen van een bepaald
temperatuurbereik, kunt u gebruik maken van de kleurcode van
de temperatuurregelaar (10):
Kleurcode
Geel
Oranje
Rood
1. De temperatuurregelaar (10) rechtsom draaien, voor het
verhogen van de temperatuur.
2. De temperatuurregelaar (10) linkssom draaien, voor het
verlagen van de temperatuur.
10
10
Temperatuur
± 150 °C
± 150 °C tot 270 °C
± 270 °C tot 500 °C
soldeerstation PSIS 11-230V
Soldeerspons gebruiken
De in de soldeerstation (4) geïntegreerde soldeerspons (6) dient
voor het reinigen van de soldeerstift (8).
1. De soldeerspons (6) bevochtigen, voordat u deze gebruikt.
2. Plaats de vochtige soldeerspons (6) in het opbergvak (5).
Let op
De hete soldeerstift mag nooit in aanraking komen met
een droge soldeerspons. Anders kan de soldeerspons
worden beschadigd.
Solderen
Voorzichtig
Dampen kunnen bij het inademen o.a. hoofdpijn en
vermoeidheidsverschijnselen veroorzaken. Zorg tijdens
het solderen voor voldoende toevoer van verse lucht.
1. Reinig de soldeerstift (8) op de vochtige soldeerspons (6).
2. Na het reinigen moet de soldeerstift worden vertint
Hiervoor een beetje soldeertin smelten op de hete
soldeerstift.
3. De soldeerstift naar het soldeerpunt brengen en dit
verhitten.
4. De soldeertin laten smelten tussen soldeerpunt en
soldeerstift.
5. Meer soldeertin toevoegen, tot het gehele soldeerpunt is
vertind.
6. Verwijder de soldeerstift, om het gesmolten soldeertin niet
te oververhitten.
7. Laat het soldeertin afkoelen. Vermijd hierbij trillingen.
Let op
Voor het solderen is vloeimiddel nodig. Het vloeimiddel
is opgenomen in het soldeertin of het moet separaat
worden gebruikt. Informeer uzelf over het geschikte
soldeermiddel voor uw toepassing.
6
5
NL

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave