Handleiding AKTIV 2010
Gebruik van ReFactSet mode:
1.Druk op MODE, de ReFactSet
knippert.
2.Druk op ENTER, Gebruik de
omhoog/omlaag knoppen om
NEE/JA (No/Yes) te selecteren
3. Na het selecteren, druk op
ENTER om de aanpassingen door
te voeren.
NB. Wanneer de gebruiker de instellingen verkeerd heeft aangepast of wanneer de kalibratie van de sensor niet naar wens is
geschied, kunt u de ReFactSet knop gebruiken (Recover the factory Setting) om de fabrieksinstellingen weer door te voeren.
Ventilatie grenswaarden
De algemene maatstaf voor de luchtkwaliteit in binnenmilieus is het CO2–niveau, uitgedrukt in een "ppm‐waarde" (Parts Per
Million). In een goed geventileerde ruimte zal een niveau van <800 ppm gemeten worden. Als bovengrens wordt doorgaans
voor bijv. scholen, kantoren etc. een niveau van 1200 ppm gehanteerd. GGD Nederland hanteert voor kinderdagverblijven
een gezondheidsgrenswaarde van 1000 ppm.
Fabrieksinstellingen LED‐weergave en interpretatie:
Groen: CO2‐waarde < 1000 ppm = Optimale tot goede ventilatie
Oranje: 1000‐1400 ppm = Voldoende tot matige ventilatie
Rood: CO2‐waarde > 1400 ppm = Onvoldoende ventilatie
De grenswaarden van de LED weergave zijn in te stellen naar persoonlijke voorkeur. Zie: Instellen LED‐alarm Parameter Mode.