Algemene informatie
Kleurcorrectie
De uitvoerdichtheid en afdrukpositie voor iedere kleur kan variëren afhankelijk van de omgevingsfactoren van
de machine, zoals temperatuur en vochtigheid.
Kleurkalibratie
U kunt de kleurdichtheid verbeteren met behulp van de kalibratiefunctie.
OPMERKING
• Als u met de Windows
zowel de selectievakjes Calibratiegegevens gebruiken en Apparaatgegevens automatisch opvragen
zijn aangevinkt. De standaardinstellingen zijn geactiveerd. Raadpleeg Kleurkalibratie uu pagina 48.
• Als u met de Macintosh-printerdriver afdrukt, moet u kalibreren via de Status Monitor. Zet de Statusmonitor
aan en selecteer dan Kleurcalibratie uit het Besturing menu. uu Status Monitor uu pagina 83 om te
zien hoe u de statusmonitor aan zet.
Kalibreren
a
Druk op
b
Druk op Kalibratie > Kalibreren.
c
Druk op Ja om te bevestigen.
d
Het aanraakscherm toont Voltooid.
e
Druk op
.
Resetten
Zet de parameters voor kalibreren terug op de fabrieksinstelling.
a
Druk op
b
Druk op Kalibratie > Reset.
c
Druk op Ja om te bevestigen.
d
Het aanraakscherm toont Voltooid.
e
Druk op
.
®
-printerdriver afdrukt, ontvangt de driver de kalibratiegegevens automatisch als
3
3
3
118