2.2 SLUIT EEN SENSOR AAN OP DE INGANG
Bevestig de watersensor in de ingang van de
behuizing en druk het stekkertje stevig aan.
Plaats de lekkagesensor met de pootjes naar
beneden, op een plaats waar de aanwezigheid
sensor
van water dient te worden gedetecteerd.
Schroef de sensor tegen een wand met de
voelers op de hoogte waar het water niet mag komen. Maak eventueel een hulpstuk
van een metalen stripje.
Indien de sensor in normale toestand in het water is en alarm dient te geven als het
water verdwijnt, dient het 'input type' te worden gewijzigd naar 'NC' (zie paragraaf 5.6).
2.3 PLAATS DE BATTERIJEN
Plaats de twee batterijen (CR123) in de module. Gebruik de +/- indicatie voor correcte
plaatsing.
2.4 GA NAAR DE PROGRAMMEERMODUS
Direct na het plaatsen van de batterijen schakelt de WaterGuard automatisch naar de
programmeerstand. Tijdens het zoeken naar het GSM-netwerk zal de LED- lamp
groen/rood knipperen. Binnen 10-30 seconde maakt de module netwerkverbinding en
zal de LED 1 sec. aan/1 sec. uit knipperen (of 'aan' gaan indien het eerste
telefoonnummer al is geprogrammeerd).
De WaterGuard gaat opnieuw naar de programmeerstand door de on/off knop
gedurende 5 seconden in te drukken, totdat de LED weer groen/rood gaat knipperen,
op zoek naar het GSM netwerk.
Tijdens programmeerstand, brandt de status LED groen (of, zo lang het eerste
telefoonnummer niet is geconfigureerd, knippert de LED). Gedurende 3 minuten blijft
de GSM-module open, klaar om SMS-commando's te ontvangen. Na 3 minuten treedt
een time-out op en sluit de GSM-module om de batterijen te sparen. De module gaat
naar de low-power status.
4