12.4 J.10 Invoer ECO-temperatuur relatief/absoluut
Het instellen van het apparaat op de invoer van de ECO-temperatuur in absolute waarden
is uitsluitend mogelijk, wanneer de weergave- en invoermogelijkheden in justeerstap J.11
zijn aangepast aan het verwarmingssysteem.
In de fabrieksinstelling wordt de ECO-temperatuur ingevoerd als relatieve waarde, d.w.z.
In relatie tot de streefwaarde -1° ... -6°, OFF resp. voor de koelmodus 1° ... 6°, OFF. Voor
de relatieve invoer van de ECO-temperatuur wordt een 1 weergegeven, voor de absolute
temperatuur een 2.
12.5 J.11 Aanpassen van de weergave- en invoermogelijkheden aan de
temperatuurregeling: verwarmingssysteem/klimaatsysteem/koelsysteem
Met deze justeerstap worden de weergave- en invoermogelijkheden aangepast aan de
aanwe-zige temperatuurregeling (dynamisch menu). Het is bijvoorbeeld niet mogelijk een
ECO-temperatuur of -tijd in te voeren voor de koelmodus, wanneer het apparaat is aan-
gepast op een verwarmingssysteem. Af fabriek zijn de weergave- en invoermogelijkheden
aangepast aan een verwarmingssysteem. Bij een koelsysteem of een gecombineerd koel-/
verwarmingssysteem (klimaatsysteem) moeten de weergave- en invoermogelijkheden van
de kloksensor worden aangepast. Op het display worden de volgende keuzemogelijkhe-
den weergegeven: voor "Verwarmingssysteem" een H en
en voor "Klimaatsysteem" HC met
12.6 J.12 Correctie (Offset) van de registratie van de werkelijke temperatuur aan
de kamertemperatuur ± 5K (weergave ±5°)
Deze correctie is bedoeld om de registratie van de werkelijke temperatuur aan te passen
aan de kamertemperatuur (doel: Streefwaardeschaal/weergave werkelijke temperatuur
= kamertemperatuur). Deze aanpassing is noodzakelijk, op plaatsen waar een constant
blijvende thermische beïnvloeding van de draadloze kamertemperatuurvoeler door een
warmte- of koudebron niet kan worden voorkomen. Wordt de draadloze kamertempera-
tuurvoeler bijvoorbeeld door een warmtebron beïnvloed, dan wordt een lagere kamertem-
peratuur ingesteld, dan de temperatuur die is ingesteld met de knop voor de streefwaarde.
De correctie van de registratie van de werkelijke temperatuur kan plaatsvinden in stappen
van 0,1 K.
Voorbeeld van verwarming door externe bron:
Aanname: Een weergegeven en ingestelde streeftemperatuur van 22 °C, resulteert in een
kamertemperatuur van 20 °C. Om een kamertemperatuur te bereiken van 22 °C, terwijl
de streefwaarde ook is ingesteld op 22 °C, moet met behulp van de correctiefactor voor
de registratie van de werkelijke temperatuur het verschil van 2 K worden afgetrokken,
correctiewaarde –2.0°. De draadloze kamertemperatuurvoeler corrigeert de gemeten
werkelijke waarde met –2 K, hetgeen leidt tot een verhoging van de kamertemperatuur
tot 22 °C, Streefwaardeschaal/weergave werkelijke temperatuur = kamertemperatuur.
Voorbeeld van koeling door externe bron:
Aanname: Een weergegeven en ingestelde streeftemperatuur van 22 °C, resulteert in ka-
mertemperatuur van 24 °C. Om een kamertemperatuur te bereiken van 22 °C, terwijl de
streefwaarde ook is ingesteld op 22 °C, moet met behulp van de correctiefactor voor
de registratie van de werkelijke temperatuur het verschil van 2 K worden toegevoegd,
correctiewaarde +2.0°. De draadloze kamertemperatuurvoeler corrigeert de gemeten
werkelijke waarde met +2 K, hetgeen leidt tot een verlaging van de kamertemperatuur
tot 22 °C, Streefwaardeschaal/weergave werkelijke temperatuur = kamertemperatuur.
13. Controle van de werking en de toewijzing van de draadloze verbinding
Deze functie is bedoeld om naderhand te kunnen controleren of de draadloze kamer-
temperatuurvoelers correct zijn toegewezen aan verschillende draadloze thermostaten. Zo
kunnen verwisselingen, ook op een later tijdstip, eenvoudig worden waargenomen.
Activeren inleerprocedure op de draadloze kamertemperatuurvoeler
tielampje op de draadloze kamertemperatuurvoeler knippert rood gedurende deze tijd.
Wanneer het lampje op de draadloze thermostaat groen begint te knipperen, is de draad-
loze kamertemperatuurvoeler hierop ingeleerd en heeft deze verbinding.
14. Accessoires
Adapterplaat als wandhouder
15. Montage
De draadloze kamertemperatuurvoeler kan naar behoefte met dubbelzijdig plakband of
aan wanden met behang met behulp van wandhouders aan een binnenmuur worden ge-
monteerd, tegenover de verwarming en op een hoogte van 1,50 m. Hierbij moet de onder-
grond droog, stof- en vetvrij zijn en vlak zijn met voldoende draagvermogen. Plaatsing op
tafels, stellingen of kasten wordt afgeraden, vanwege de ongunstige luchtstromingen en de
invloed van externe warmtebronnen (bijv. Personen, kaarsen, instraling van zonlicht, etc.).
De kleefstrook is niet inbegrepen in de leveringsomvang.
, voor "Koelsysteem" een C en
.
Het indica-
16. Technische gegevens
Voedingsspanning:
Levensduur batterijen:
Temperatuurvoeler:
Instelbereik:
Weergavebereik:
Resolutie:
Tolerantie voeler:
Schaalverdeling instelknop:
Zendfrequentie:
Bereik:
Toelaatbare omgevingstemperatuur: 0 ... 50 °C
Toelaatbare opslagtemperatuur:
Toelaatbare luchtvochtigheid:
Behuizing:
Materiaal en kleur behuizing:
Beschermingsklasse:
Beschermingsgraad:
Montagemethode:
Energiezuinigheidsklasse:
Hiermee verklaart STIEBEL ELTRON GmbH & Co. KG, dat de draadloze installatie van
type 234417 SRC C digital voldoet aan de Richtlijn 2014/53/EU.
17. Maatschets
Batterij 2 resp. 3 Micro AAA,
Let op! Gebruik geen accu's
ca. 3 jaar. Zeer veelvuldige bediening van de toetsen
verkort de levensduur van de batterij voor de
achtergrondverlichting. Let op!
Vervang uiterlijk elke 5 jaar de batterijen!
Intern
5 ... 30 °C
0 ... 45 °C
0,1 K
ca. 1 K
Verdeling in °C
868,3 MHz
Zichtlijn 150 m, tot 30 m in gebouwen
-10 ... +50 °C
max. 95% rH, niet-condenserend
Berlin 3000
ABS-kunststof, zuiver wit (vergelijkbaar met RAL9010)
III
IP30
Kleefstrook of wandhouder
I (bijdrage aan seizoensafhankelijke
kamerverwarming - energierendement 1%)