Gebruikershandleiding
3. Open het venster van de printerdriver.
4. Configureer de volgende instellingen op het tabblad Meer opties.
❏ documentformaat: Selecteer het papierformaat dat u in de toepassing hebt ingesteld.
❏ Uitvoerpapier: Selecteer het papierformaat dat u in de printer hebt geplaatst.
Volledige pagina wordt automatisch geselecteerd.
Opmerking:
Als u een verkleinde afbeelding wenst af te drukken in het midden van de pagina, selecteer dan Centreren.
5. Stel de andere items in op de tabbladen Hoofdgroep en Meer opties, indien nodig, en klik dan op OK.
6. Klik op Afdrukken.
Gerelateerde informatie
"Papier in de Papiertoevoer achter laden" op pagina 40
&
"Basisprincipes van printer — Windows" op pagina 53
&
Afdruk aanpassen aan papierformaat — Mac OS
1. Laad papier in de printer.
2. Open het bestand dat u wilt afdrukken.
3. Open het afdrukdialoogvenster.
4. Selecteer het papierformaat van het papier dat u in de toepassing als Papierformaat hebt ingesteld.
5. Selecteer Papierverwerking in het snelmenu.
6. Selecteer Aanpassen aan papierformaat.
7. Selecteer het papierformaat dat u in de printer hebt geplaatst als de instelling voor Doelpapierformaat.
8. Geef naar wens nog meer instellingen op.
9. Klik op Druk af.
Gerelateerde informatie
"Papier in de Papiertoevoer achter laden" op pagina 40
&
"Basisprincipes voor afdrukken — Mac OS" op pagina 54
&
Afdrukken
60