TST
9.3 Instelling van de vooreindschakelaar
Met behulp van de instelling van de vooreindschakelaar kan een te vroeg of een te laat afremmen van de
deur van max. bewegingssnelheid naar kruipsnelheid worden voorkomen. De positie van de
vooreindschakelaar wordt weergegeven in incrementen. Het aantal incrementen geeft de afstand tussen
eindschakelaar en vooreindschakelaar weer.
Kruipsnelheid te lang -> parameterwaarde voor vooreindschakelaar verkleinen.
Kruipsnelheid te kort -> parameterwaarde voor vooreindschakelaar vergroten.
P.222 = vooreindschakelaar voor eindpositie deur DICHT. De parameterwaarde geeft de afstand naar de
absolute eindschakelaar deur DICHT in incrementen weer. Met de vooreindschakelaar wordt de
remhelling "r6" ingeleid. De steilheid van de helling wordt ingesteld met parameter P.361 of P.362.
P.232 = vooreindschakelaar voor eindpositie deur OPEN: de parameterwaarde geeft de afstand naar de
absolute eindschakelaar deur OPEN in incrementen weer. Met de vooreindschakelaar wordt de remhelling
"r2" ingeleid. De steilheid van de helling wordt ingesteld met parameter P.321 of P.322.
Als de automatische instelling van de vooreindschakelaar wordt gebruikt (P.216 = 2), worden de
parameters P.222 en P.232 automatisch gewijzigd.
De parameters worden ook dan gewijzigd, wanneer de bewegingssnelheid of de steilheid van
een helling wordt gewijzigd omdat dit tot een herstart van de automatische correctie van de
eindschakelaar leidt. Indien deze hellingen manueel worden ingesteld, moet P.216<2 ingesteld
zijn.
9.4 Instelling van de helling
De hellingen zijn bedoeld om de snelheid te wijzigen, d.w.z. te versnellen of te remmen.
De hellingen worden ingesteld in milliseconden (ms) of in Hz per seconde (wijziging van de snelheid per
seconde), d.w.z. dat de deur sterker afgeremd of versneld wordt naarmate de helling steiler wordt. Wordt
de helling vlakker dan wordt de deur zachter afgeremd resp. versneld.
P.311 / P.312 =
starthelling "r1": versnelling van de deur van 0Hz naar OPEN-bewegingssnelheid.
P.321 / P.322 =
remhelling "r2": afremmen van de deur van OPEN-beweging naar kruipsnelheid.
P.351 / P.352 =
starthelling "r5": versnelling van de deur van 0Hz naar DICHT-bewegingssnelheid.
P.361 / P.362 =
remhelling "r2": afremmen van de deur van DICHT-bewegingssnelheid naar
kruipsnelheid.
P.340 / P.342 =
helling "r-STOP" voor OPENEN: afremmen van de deur van OPEN-bewegingssnelheid
naar 0Hz na het drukken op een STOP- toets.
P.380 / P.382 =
helling "r- STOP" voor SLUITEN: afremmen van de deur van DICHT-bewegingssnelheid
naar 0Hz na het drukken op een STOP- toets.
10 Correctie van de eindposities
Met behulp van de parameters P.221 en P.231 kunt u de eindposities samen met de vooreindschakelaars
verschuiven.
Door het wijzigen van deze parameters naar het positief bereik wordt de eindpositie naar boven verschoven.
Een wijziging naar het negatieve bereik heeft een verschuiving naar onder tot gevolg.
11 Functies
Een overzicht van de parameters en een beschrijving ervan kunt u vinden in het bijgevoegde document
„Parameterbeschrijving TST FUxF" van de montagehandleiding.
FEIG ELECTRONIC GmbH
Montagehandleiding
Pagina 58 van 83
FUF2 / FU3F -A/-C/-F
FUxF_Montageanleitung_NL_10.docx