De instelling voor het
controleren van het papier
wijzigen
Als de instelling Controleer papier is ingesteld
op [Aan] en u de papierlade uit de machine
trekt, wordt u via het LCD-scherm gevraagd of
u de instellingen voor het papierformaat en de
papiersoort wilt wijzigen.
De standaardinstelling is [Aan].
1
Druk op Instellingen (Settings).
2
Druk op a of b om het volgende te
selecteren:
a. Selecteer [Standaardinst.].
Druk op OK.
b. Selecteer [Controleer papier].
Druk op OK.
c. Selecteer [Aan] of [Uit]. Druk op
OK.
3
Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
Verwante informatie
• Fout- en onderhoudsberichten uu pagina
36
Het papierformaat en
de papiersoort wijzigen
Stel het papierformaat en de papiersoort voor
de lade in.
• Voor de beste afdrukkwaliteit stelt u de
machine in op het type papier dat u
gebruikt.
• Wanneer u een ander papierformaat in de
lade plaatst, moet u ook de instelling voor
het papierformaat op het LCD-scherm van
de machine wijzigen.
1
Druk op Instellingen (Settings).
2
Druk op a of b om het volgende te
selecteren:
a. Selecteer [Standaardinst.].
Druk op OK.
b. Selecteer [Papiersoort]. Druk op
OK.
c. Selecteer [Normaal Papier
(Normaal papier)], [Inkjet
papier], [Brother BP71] of
[Glossy anders]. Druk op OK.
d. Selecteer [Papierformaat]. Druk
op OK.
e. Selecteer de gewenste optie voor
het papierformaat en druk
vervolgens op OK.
3
Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
Het papier wordt met de bedrukte zijde
naar boven op de uitvoerlade aan de
voorkant van de machine uitgeworpen.
Als u glanzend papier gebruikt, dient u elk
vel onmiddellijk te verwijderen om te
voorkomen dat de vellen aan elkaar
plakken of vastlopen.
9