Inhoudsopgave
Advertenties
9. Aansluiting op de watertoevoer 9.1.
De druk van de watertoevoer moet minimaal 2 bar zijn.
9.2. De watertoevoer moet een waterstroom leveren van minimaal 10% van de loop van de hogedrukreiniger (vergelijk de tabel
met technische kenmerken).
9.3. Sluit eerst de watertoevoerkraan aan op de invoerleiding IN van de machine, met behulp van een slang met de juiste diameter.
9.4. Sluit vervolgens de lans aan op de link van uitgang OUT.
9.5. Vermijd bij langdurig gebruik van de pomp het gebruik van water dat zand of andere deeltjes bevat die de efficiëntie van de
kleppen, plunjers en afdichtingen in gevaar brengen.
9.5. Wanneer de machine is uitgerust met een speciale tank, is het handig om stroomopwaarts van de tank een filter te installeren:
de watertoevoerleiding moet een diameter hebben die niet kleiner is dan de verbindingslijn met de machine en moet zo zijn
voorbereid dat voorkomen dat mogelijke luchtsluizen worden gevormd.
9.6.De watertoevoer mag een maximale temperatuur hebben van 60°C en een maximale druk van 8 bar.
De afdichtingen en andere onderdelen en componenten van de pomp kunnen onherstelbaar beschadigd raken als de machine
zonder water wordt gebruikt, zelfs voor korte perioden. Controleer of de kraan van de watertoevoer volledig open staat voordat
de hogedrukreiniger wordt ingeschakeld
GEBRUIK
10. Inschakelen
10.1. Zet de schakelaar Q1 in de stand AAN en houd de thermostaat K1 uitgeschakeld.
10.2. Haal de trekker van het pistool op de lans over, houd hem krachtig vast om de terugslag te compenseren en laat de machine
2 of 3 minuten werken om mogelijke resten te verwijderen die de spuitmond zouden kunnen verstoppen.
10.3. De trekker van het pistool heeft een veiligheidspal die onbedoelde activering van de lans voorkomt. Invoegen
aan als de lans niet wordt gebruikt.
10.4. Als er een reinigingsmiddel wordt gebruikt, giet dit dan in het daarvoor bestemde reservoir en draai de verstelbare kop bovenaan de lans.
10.5. De hogedrukreiniger is voorzien van een thermostaat met schakelaar (K1). Om met warm water te werken, draait u de
thermostaatschakelaar en draait u de thermostaat om de temperatuur te regelen.
11. Uitschakelen
11.1. Door de trekker van het pistool los te laten, wordt de waterstraal onderbroken en stopt de machine (totaal stopsysteem), maar
blijft ingeschakeld en beschikbaar voor gebruik.
11.2. Om de machine definitief uit te schakelen, zet u schakelaar Q1 uit; als de machine met heet water heeft gewerkt, is het
verstandig om, voordat u de schakelaar Q1 uitschakelt, de temperatuur te verlagen. Draai de thermostaat K1 op 0 (in zekere zin
tegen de klok in) en laat de hogedrukreiniger ongeveer 2 minuten met koud water werken om de spoel af te koelen.
11.3. Bij langdurige stand-by dient u het water volledig uit het circuit te verwijderen voordat u de machine uitschakelt.
Deze procedure is vooral aan te raden op plaatsen met temperaturen onder 0°C.
11.4. Zodra de waterstroom stopt, schakelt u de machine uit door op schakelaar Q1 te drukken.
11.5. LET OP: de werking van de pomp bij afwezigheid van water kan de afdichtingen onherstelbaar beschadigen.
Advertenties
Inhoudsopgave
