PSS(1) DIO T
• Kortsluiting tussen testpulsuitgang en de bijhorende ingang moeten door
een correct verloop van de kabels uitgesloten worden.
• Voor de als 2-A-uitgangen geconfigureerde uitgangen zijn voor de
plausibiliteitstest terugleesingangen onder hetzelfde adres beschikbaar.
• Bij een kabellengte langer dan 0,5 km moet de functionaliteit van de
testpulssignalen door simulatie van kortsluitingen tussen de ingangen
met testpuls getest worden.
• Naastliggende ingangen niet met dezelfde testpuls bezetten.
• Wordt de module als testpulsmodule gebruikt, dan mogen de ingangen
niet met testpuls gebruikt worden.
• Kabelmateriaal uit koperdraad gebruiken.
• Het aanhaalmoment van de schroeven op de aansluitklemmen moet
0,5 ... 0,6 Nm bedragen.
Storingen
Bij een defect van de module of een bedradingsfout, schakelt de besturing
over in de STOP-stand, worden alle uitgangen uitgeschakeld en verschijnt
er een melding op het display. Voor het lokaliseren van de fout kan de
weergave van de foutstack in het programmeerapparaat worden gebruikt.
4
Handleiding