Koppelen fixtures
Voor het uitvoeren van lichtshows op één of meer fixtures met een DMX-512-controller of het uitvoeren
van gesynchroniseerde shows op twee of meer fixtures in een master/slave-opstelling, heeft u een seriële
datalink nodig. Het gecombineerde aantal benodigde kanalen voor alle fixtures op een seriële datalink
bepaalt het aantal fixtures dat de datalink kan aansturen.
Belangrijk:Fixtures op een seriële datalink moeten in een enkele lijn aan elkaar gekoppeld worden. Om
te voldoen aan de EIA-485-norm mogen er niet meer dan 30 apparaten aangesloten worden op een
enkele datalink. Het aansluiten van meer dan 30 fixtures op een enkele datalink zonder gebruik te maken
van een optisch geïsoleerde DMX-splitter kan leiden tot interferentie op het digitale DMX-signaal.
Maximaal aanbevolen afstand voor DMX-datalink: 100 meter
Maximaal aanbevolen aantal Atmos fazers op een DMX-datalink: 30 fixtures
Datakabels
Voor het koppelen van fixtures heeft u datakabels nodig. U kunt door DAP Audio gecertificeerde DMX-
kabels direct bestellen bij de dealer/distributeur, of deze zelf maken. Als u ervoor kiest uw eigen kabels te
maken, dan moet u data-grade-kabels gebruiken met een hoge signaalkwaliteit die minder gevoelig zijn
voor elektromagnetische interferentie.
Door DAP Audio gecertificeerde DMX-datakabels
•
DAP Audio Basic microfoonkabel voor allround gebruik.
Bestelcode FL01150 (1,5m.), FL013 (3m.), FL016 (6m.), FL0110 (10m.), FL0115 (15m.), FL0120 (20m.).
•
DAP
Audiokabelvoor de veeleisende gebruiker, met uitzonderlijke geluidskwaliteit en stekker gemaakt
door Neutrik®. Bestelcode FL71150 (1,5m.), FL713 (3m.), FL716 (6m.), FL7110 (10m.).
DMX-kanalen
Kanaal 1 - uitvoer
0-255
Onderhoud
De Atmos F-350 fazer is vrijwel onderhoudsvrij. U moet het apparaat echter wel schoon houden. Trek de
stekker uit het stopcontact en veeg de behuizing vervolgens af met een vochtige doek. Het artikel niet
onderdompelen.
Maak interne onderdelen jaarlijks schoon met een zachte borstel en een stofzuiger. Gebruik geen
alcohol of oplosmiddelen.
Houd de aansluitingen schoon. Trek de stekker uit het stopcontact en veeg de aansluitingen schoon met
een vochtige doek. Zorg dat de aansluitingen volledig droog zijn voordat u apparatuur aansluit op
andere apparaten of de netstroom.
Zorg dat er geen vervuilding in de rookvloeistof komt. Sluit na het vullen altijd de dop op het reservoir en
de fles met de rookvloeistof.
Na elke 40 uur gebruik is het aanbevolen reinigingsvloeistof te gebruiken, gemaakt van 80% gedestilleerd
water en 20% schoonmaakazijn. Deze vloeistof verwijdert eventuele neerslag op het
verwarmingselement.
Gebruik bij het reinigen alleen een schone, pluisvrije en zachte doek. Een effectieve reinigingsmethode is
de volgende:
1. Terwijl de stekker van het apparaat niet ingestoken is en het apparaat is afgekoeld, schroeft u de
spuitmond aan de voorkant af. Maak deze schoon met azijn en een pijpenrager, zorg dat het gat
niet verstopt is.
2. Leeg de rookvloeistof uit het apparaat. Doe de reinigingsvloeistof in de tank. Steek de stekker in en
begin met opwarmen.
3. Laat het apparaat in een goed geventileerde ruimte draaien tot het reservoir leeg is.
4. Plaats de spuitmond en vul het apparaat met rookvloeistof.
Volume uitvoer van 0% tot 100%
bal. XLR/M 3 p. > XLR/F 3 p.
11