Betere Arbo Meetsystemen
QRAE 3
Snelstartkaart
Gepompt
Houd, terwijl het instrument is uitgeschakeld,
Aanzetten:
de [MODE]-toets ingedrukt totdat het hoorbare alarm
stopt en laat de toets dan los. Tijdens het opstarten
worden de batterij, de zoemer, het trilalarm en de LED's
getest. Vervolgens test de QRAE 3 zelf de andere functies.
Wanneer het hoofdscherm verschijnt, is de QRAE 3 gereed
voor kalibratie of gebruik.
LET OP:
als de batterij volledig leeg is, wordt kort het
bericht "Battery Discharged!" (Batterij leeg) weergegeven.
Vervolgens wordt de QRAE 3 uitgeschakeld. U moet de
batterij opladen of vervangen alvorens opnieuw in te
schakelen.
LET OP:
als "Zero At Start" (Nul bij opstarten), "Must
Calibrate" (Moet kalibreren) of "Must Bump" (Moet
bumptest uitvoeren) is ingesteld, wordt u gevraagd de
juiste kalibratie uit te voeren voordat u het instrument
gebruikt.
Opladen: Laad de batterij altijd volledig op vóór gebruik.
De contacten aan de onderkant van de QRAE 3 maken
contact met de contactpennen van de reisoplader,
waardoor het apparaat wordt opgeladen. Zorg ervoor dat
de oplader en de QRAE 3 stevig zijn bevestigd. Sluit
vervolgens de adapterplug aan op de oplader en plaats de
transformator in een stopcontact. Tijdens het opladen
wordt de LED op de reisoplader rood. Wanneer de batterij
volledig is opgeladen, wordt de LED groen.
Uitzetten: Houd [MODE] ingedrukt. Er wordt 5
seconden afgeteld voordat het instrument wordt
uitgeschakeld. Blijf tijdens het hele uitschakelproces op
de toets drukken. Anders wordt de uitschakeling
geannuleerd en blijft de QRAE 3 normaal werken.
Wanneer het aftellen stopt en op het scherm "Unit Off!"
(Eenheid uit) verschijnt, haalt u uw vinger van de
[MODE]- toets. De QRAE 3 staat nu uit.
Het alarm testen: In de normale werkingsmodus en in
omstandigheden zonder alarm kunt u de zoemer, het
trilalarm, de LED en de achtergrondverlichting op elk
moment testen door eenmaal op [Y/+] te drukken. Als een
alarm niet reageert, controleert u de alarminstellingen in
de programmeermodus en zorgt u dat alle alarmen zijn
ingeschakeld. Als er alarmen zijn ingeschakeld, maar niet
werken, moet u het instrument niet gebruiken.
WAARSCHUWING
Om het risico op ontbranding in
een gevaarlijke atmosfeer te
verlagen, mag u de batterij
alleen opladen, verwijderen of
vervangen in een ongevaarlijke
zone!