2 Veiligheid
83253207 1/2022-07 Ch
Montage- en bedieningsrichtlijnen
Boiler WAS 280-2 en WAS 400-2
2 Veiligheid
2.1 Doelmatig gebruik
De boiler is geschikt voor:
De opwarming van sanitair warm water volgens de geldende voorschriften, met
een minimum geleidingsvermogen > 100 µS/cm bij 25 °C watertemperatuur
verwarmingswater volgens VDI 2035.
Het toestel mag enkel in gesloten ruimtes gebruikt worden.
De opstellingsruimte moet aan de plaatselijk geldende voorschriften voldoen en
moet vorstbestendig zijn.
Ondoelmatig gebruik kan:
verwondings- of levensgevaar voor de gebruiker of voor derden veroorzaken;
het toestel of andere voorwerpen beschadigen.
2.2 Veiligheidsvoorschriften
Storingen of gebreken die afbreuk doen aan de veiligheid moeten onmiddellijk
opgelost worden.
2.2.1 Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM)
Bij alle werken moeten de nodige persoonlijke beschermingsmiddelen gebruikt
worden.
2.2.2 Normale werking
Alle kenplaten op het toestel leesbaar houden.
Voorgeschreven instellings-, onderhouds- en inspectiewerken op tijd uitvoeren.
2.2.3 Elektrische werkzaamheden
Bij werken aan spanningsgeleidende onderdelen:
Voorschriften ter voorkoming van ongevallen DGUV Vorschrift 3 (Duitsland) en
plaatselijk geldende voorschriften, in het bijzonder het Algemeen Reglement voor
Elektrische Installaties (A.R.E.I.) naleven;
Gereedschap volgens EN IEC 60900 gebruiken.
2.3 Afvoer van afvalstoffen
Materiaal en componenten doelmatig en milieuvriendelijk afvoeren. Daarbij de
plaatselijk geldende voorschriften naleven.
6-40