2. Controle van de Ref-sensor offset (SM-300).
• Om de status van de Ref-sensor te controleren in een schone omgeving beginnen,
b.v. buitenlucht.
• De "nul" -waarde van de sensor wordt gedefinieerd als het signaal (VDC), in schone
lucht.
• Het is normaal dat het signaal varieert in verschillende omgevingen ook door
temperatuur en vochtigheid.
• De output is normaal gesproken in de zomer iets hoger dan in de winter.
• De aanvaardbare variatie wordt opgegeven in het informatieblad van het specifieke
sensor.
• De fabriek ingesteld sensormodule, heeft normaal geen aanpassing nodig. Hoewel,
een kleine "drift" kan optreden door milieu en de gebruiksfrequentie.
• Display weergaven binnen het groene gebied, geen aanpassingen nodig
• Display weergave waarde binnen de oranje zone, waarde aanpassen.
• Display weergave waarde binnen het rode gebied, sensor vervangen.
• Als de waarde op het display toeneemt wanneer men bv een installatieruimte komt,
geeft dit aan dat er stoffen aanwezig zijn die het effect van de sensor beïnvloeden.
Deze waarde is de te referentiewaarde voor de detectoren binnen het meetgebied
van de sensor(en).
3