Tabel 20. Algemene opties
Optie
Geavanceerde opstartinstellingen
UEFI Boot Path Security
Date/Time
Systeemconfiguratie
Tabel 21. Opties voor systeemconfiguratie (vervolg)
Optie
SATA Operation
Drives
SMART Reporting
USB Configuration (USB-configuratie)
Beschrijving
● Windows Boot Manager— de Windows Boot Manager-optie
in- of uitschakelen.
● Boot list Option—U kunt de opstartopties toevoegen,
verwijderen of bekijken.
Hiermee kunt u de UEFI Network Stack-optie in- of uitschakelen.
Hiermee kunt u bepalen of het systeem de gebruiker vraagt om het
Beheerderswachtwoord wanneer naar een UEFI-opstartpad wordt
opgestart.
Klik op een van de volgende opties:
● Always, Except Internal HDD (Altijd, behalve interne HDD)
—standaard
● Always (Altijd)
● Never (nooit)
Hiermee kunt u de datum en tijd instellen. De wijziging van de
systeemdatum en -tijd wordt direct uitgevoerd.
Beschrijving
Hiermee kunt u de bewerkingsmodus van de geïntegreerde SATA-
hardeschijfcontroller configureren.
De opties zijn:
● Disabled (uitgeschakeld)
● AHCI
● RAID On—De RAID On-optie is standaard ingeschakeld.
OPMERKING:
SATA is geconfigureerd om de RAID-modus te
ondersteunen.
Hiermee kunt u de verschillende stations in- of uitschakelen.
De opties zijn:
● SATA-0
● SATA–1
● M.2 PCIe SSD-0
● M.2 PCIe SSD-1
Alle opties zijn standaard ingeschakeld.
Dit veld bepaalt of harde-schijffouten voor ingebouwde stations
worden gemeld tijdens het opstarten van het systeem. Deze
technologie maakt deel uit van de SMART-specificatie (Self-Monitoring
Analysis and Reporting Technology). De optie Enable SMART
Reporting is standaard ingeschakeld.
Hiermee kunt u de interne/geïntergreerde USB-configuratie in- of
uitschakelen.
De opties zijn:
● Enable USB Boot Support (Ondersteuning voor opstarten
vanaf USB inschakelen)
Systeeminstallatie
23