Download Print deze pagina

Casio 2760 Handleiding pagina 5

Advertenties

2. Nadat u een alarm geselecteerd heeft, houd A ingedrukt totdat de uurcijfers
van de alarmtijd beginnen te knipperen, wat aangeeft dat het instelscherm
geselecteerd is.
• Door deze bediening wordt het alarm automatisch ingeschakeld.
3. Druk op C om het knipperen tussen de instelling van het uur en de minuten
te verplaatsen.
4. Als een instelling knippert, gebruik D (+) of B (-) om deze te veranderen.
• Als u de alarmtijd instelt met gebruikmaking van 12-uur weergave, let
er dan op dat u de tijd correct als ochtendtijd (geen indicator) of
middag/avondtijd (P-indicator) instelt.
5. Druk op A om het instelscherm te verlaten.
• Bij het doelalarm (AL4) begint de tijd af te tellen zodra u de alarmtijd
instelt.
Alarmbediening
Het alarm klinkt op de ingestelde tijd gedurende ongeveer 10 seconden,
ongeacht in welke functie het horloge zich bevindt. In het geval van een
wekalarm, wordt de alarmbediening om de vijf minuten in totaal zeven keer
uitgevoerd, of totdat u het alarm uitschakelt. Het doelalarm telt de resterende
tijd vanaf de huidige tijd in uw woonplaats-tijdzone tot de doelalarmtijd. Let
erop dat het doelalarm zich automatisch elke dag herhaalt zolang deze is
ingeschakeld. U dient het doelalarm uit te schakelen om deze niet meer te
laten klinken.
• Alarm- en uursignaalbedieningen worden overeenkomstig de digitale tijd
in de tijdfunctie uitgevoerd.
• Druk op een willekeurige knop om het alarm te stoppen.
• Als u een van de volgende bedieningen tijdens een 5-minuten-interval
tussen wekalarmen uitvoert, stopt de huidge wekalarmoperatie.
Het tijdfunctie-instelscherm tonen
Het wekalarm-instelscherm (AL5) tonen
Het alarm testen
In de alarmfunctie, houd B ingedrukt om het alarm te laten klinken.
Een alarm en het uursignaal in- en uitschakelen
1. In de alarmfunctie, gebruik B om een alarm of
het uursignaal te selecteren.
2. Druk op A om deze in (on getoond) of uit (oF
getoond) te schakelen.
• U dient het dagelijks-alarm-scherm (AL1 t/m
AL5) of het uursignaalscherm te tonen om de
huidige aan/uit-status te controleren.
• Als u het wekalarm inschakelt, wordt de wekalarmindicator in alle functies
op het alarmfunctiescherm getoond.
• De wekalarmindicator knippert gedurende de 5-minuten-intervallen tussen
alarmen.
TIJDFUNCTIE
Gebruik de tijdfunctie om de huidige tijd en datum in te stellen en te bekijken.
In dit hoofdstuk wordt tevens uitgelegd hoe u de huidige datum en tijd
handmatig kunt instellen.
• Alle bedieningen in dit hoofdstuk worden uitgevoerd in de tijdfunctie, die
u selecteert door op C te drukken.
Handmatige instelling van de digitale tijd en datum
Let erop dat u uw woonplaats-tijdzone selecteert voordat u de instellingen van
de huidige tijd en datum verandert. Tijden van de tweede-tijd-functie worden
getoond in overeenstemming met de instellingen van de tijdfunctie. De tijden
van de tweede-tijd-functie zullen dan ook niet correct zijn als u niet de juiste
woonplaats-tijdzone selecteert voordat u de tijd en datum in de tijdfunctie
instelt.
• Als u de tijd en datum instelt, kunt u ook instellingen maken voor uw
woonplaats-tijdzone (de tijdzone waar u het horloge normaliter gebruikt),
zomertijd, 12/24-uur weergave en energiespaarstand-aan/uit.
De huidige digitale tijd en datum handmatig instellen
1. Terwijl in de tijdfunctie een willekeurig
scherm, behalve het laatste-signaal-scherm,
getoond wordt, houd A ingedrukt totdat de
GMT-verschil-waarde begint te knipperen, wat
aangeeft dat het instelscherm geselecteerd is.
• De secondewijzer zal versneld naar de 12-uur-positie verplaatsen en
vervolgens stil blijven staan.
• De GMT-verschil-waarde geeft het tijdverschil in uren tussen de
normale tijd in Greenwich en de momenteel geselecteerde tijdzone aan.
• De DST-indicator geeft aan dat zomertijd is ingeschakeld voor de
huidig geselecteerde tijdzone.
2. Gebruik D (+) en B (-) om de tijdzone te selecteren die u als uw
woonplaats-tijdzone wilt gebruiken.
• Voor gedetailleerde informatie over GMT-verschil-waarden, zie de
"Tijdzonetabel".
3. Druk op C om het knipperen op de hieronder getoonde wijze te verplaatsen
om andere instellingen te selecteren.
4. Als de gewenste instelling knippert, gebruik B en D om deze zoals
hieronder beschreven te wijzigen.
5. Druk op A om het instelscherm te verlaten.
• Als u het instelscherm verlaat, verplaatsen de analoge wijzers automatisch
overeenkomstig de digitale tijd. Zie "Analoge tijdfunctie" voor meer info.
• Automatische zomertijd (A) kan alleen geselecteerd worden als +0.0, +1.0
of +2.0 als woonplaats-tijdzone is ingesteld. Voor meer informatie, zie
"Zomertijd (DST)" hieronder.
Zomertijd (DST)
Zomertijd zet de tijd een uur vooruit ten opzichte van de standaardtijd.
Onthoud dat niet alle landen of zelfs locale gebieden gebruik maken van
zomertijd. De tijdkalibratiesignalen bevatten zowel de gegevens van de
normale tijd als de zomertijd (DST). Als de automatische zomertijdinstelling
is ingeschakeld, wisselt het horloge automatisch tussen de standaardtijd en
zomertijd in overeenstemming met het ontvangen kalibratiesignaal.
• De automatische zomertijdinstelling kan alleen worden ingeschakeld als
+0.0, +1.0 of +2.0 als als woonplaats-tijdzone is geselecteerd.
• Als u problemen ondervindt bij de ontvangst van het tijdkalibratiesignaal
in uw gebied, is het aan te bevelen handmatig tussen standaardtijd en
zomertijd te wisselen.
De zomertijdinstelling wijzigen
1. Terwijl in de tijdfunctie een willekeurig scherm, behalve het laatste-
signaal-scherm, getoond wordt, houd A ingedrukt totdat de GMT-verschil-
waarde begint te knipperen, wat aangeeft dat het instelscherm geselecteerd
is.
2. Druk op C om het zomertijd-instelscherm te tonen.
3. Gebruik D om op de hieronder getoonde wijze door de zomertijd-
instellingen te bladeren.
4. Druk op A om het instelscherm te verlaten.
• De DST-indicator verschijnt op het display om aan te geven dat zomertijd
is ingeschakeld.
2760/2761-5

Advertenties

loading

Gerelateerde Producten voor Casio 2760

Deze handleiding is ook geschikt voor:

2761