Hoofdstuk 6
6.1 In- en uitschakelen toestel
het toestel kan op twee manieren worden in- of uitgescha-
keld:
1. softwarematig; er blijft spanning op het toestel staan, bij uit-
schakelen worden alleen de ventilatoren stil gezet.
2. De netsteker losnemen of aansluiten aan de elektrische
installatie; bij uitschakelen wordt het toestel spanningsvrij
gemaakt.
Inschakelen:
• netvoeding; sluit de netsteker dan wel
de perilexsteker aan op de elektrische
installatie
• softwarematig; druk tegelijk op de
toetsen "OK" en "+" om het toestel
softwarematig in te schakelen
(alleen mogelijk na softwarematig uit-
zetten van het toestel)
op het display geeft de eerste digit de
stand van de 3-standenschakelaar weer.
Uitschakelen:
• softwarematig; druk tegelijk op de
toetsen "OK" en "-" om het toestel
softwarematig uit te schakelen. er ver-
schijnt de tekst oFF op het display.
• netvoeding; neem de netsteker dan
wel de perilexsteker los van de elek-
trische installatie, het toestel is nu
spanningsvrij.
let oP!
Maak bij werkzaamheden in het toestel altijd eerst het toestel
spanningsvrij door het toestel softwarematig uit te zetten en
hierna de netsteker dan wel de perilexsteker los te nemen.
14
>3s
>3s
5388-0
Renovent HR Small 1e druk september 2006
In werking stellen
6.2 Instellen luchthoeveelheid
De luchthoeveelheden van de renovent hr small voor stand
1 t/m 3 zijn af fabriek ingesteld op respectievelijk 75, 100 en
150 m
/h. De prestaties van de renovent zijn afhankelijk van
3
de kwaliteit van het kanalensysteem, alsmede de weerstand
van de filters.
Belangrijk:
stand 1: moet altijd lager zijn dan stand 2.
stand 2: moet altijd lager zijn dan stand 3;
stand 3: instelbaar tussen 50 en 180 m
indien niet aan deze voorwaarden word voldaan wordt auto-
matisch de luchthoeveelheid van de bovenliggende stand aan-
gepast.
De luchthoeveelheden kunnen als volgt worden gewijzigd (als
voorbeeld wordt hier de luchthoeveelheid bij stand 3 gewijzigd
van 150 naar 180 m
/h):
3
1. Druk op toets "F" gedurende 3 seconden
om het instelmenu te activeren.
2. Kies met de toets "+" de gewenste para-
meter (U1 = stand 1, U2 = stand 2, U3
= stand 3; stand U4 en U5 zijn niet van
toepassing bij een renovent small).
3. Druk op toets "OK" gedurende 1 seconde
om de geselecteerde parameterwaarde
te bekijken.
4. Met de toetsen "+" of "-" kan men de gese-
lecteerde parameterwaarde wijzigen.
/h;
3