Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Doormeldeenheid (De); Alarmgever Eenheid (Sirenes) - API Chubb SecuriFire Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Gebruikershandleiding
Inspectie
Als een brandalarm afgaat, wordt door de drukken op de toets Elementbediening (9) de functie "VERKENNEN"
ingeschakeld (interventieschakelaar). Op deze manier heeft de gebruiker een vooraf bepaalde periode om de
brand te controleren en om tegenmaatregelen te nemen, voordat de doormeldeenheid wordt aangestuurd en het
brandalarm wordt doorgegeven aan de brandweer. De inspectietijd moet altijd worden besproken met de eisende
instantie en wordt vast ingesteld. Een geactiveerde vertraging is een voorwaarde voor de inspectiefunctie.

3.5. Doormeldeenheid (DE)

De volgende pictogrammen geven informatie die nodig is voor het functioneren van de "Doormeld eenheid". De
doormeld eenheid (volgens EN 54-1) legt een verbinding tussen het brandalarmsysteem en de ontvangstunit van
een alarmdienst (meldkamer brandweer, particuliere alarmcentrale, enz.). De status van de doormeld eenheid
wordt aangegeven door 4 pictogrammen.
Het rode pictogram "aansturing" licht op als de doormeld eenheid is geactiveerd, dat wil zeggen als
de brandweer gebeld is.
Het gele pictogram "storing" licht op als de aansturing van doormeld eenheid verstoord is.
Het rode pictogram "brandweer bellen" licht op als er een alarm is en de brandweer niet automatisch
kan worden geïnformeerd (doormeld eenheid niet geactiveerd als gevolg van storing of uitgeschakeld).
Het gele pictogram "uitschakeling" licht op als de doormeld eenheid uitgeschakeld is.

3.6. Alarmgever eenheid (sirenes)

De volgende pictogrammen geven informatie die nodig is voor het functioneren van de "Alarmgever eenheid". De
alarmgever eenheid wordt geactiveerd door het brandalarmsysteem (volgens EN 54-1) en bestaat uit hoorbare en
zichtbare alarmen, die brand signaleren. De status van de alarmgever eenheid (bv. bewaakte sirenes) wordt
aangegeven door de volgende pictogrammen:
Het rode pictogram "aansturing" (i) licht op als de alarmgever eenheid is geactiveerd (sirenes
geactiveerd).
Het gele pictogram "storing" (i) licht op als de activering van de alarmgevereenheid verstoord is.
Het gele pictogram "uitschakeling" (i) licht op als de alarmgever eenheid uitgeschakeld is.
Door te drukken op de toets "herstel alarmgever eenheid" (24) deactiveert u de sirenes; ze worden
weer geactiveerd bij een volgend alarm. Door nogmaals op de toets te drukken worden de sirenes bij
een alarm opnieuw geactiveerd
Het gele pictogram "alarmgevers hersteld" (i) licht op als de sirenes met de toets "herstel
alarmgever eenheid" (24) hersteld zijn.
Pagina 14 van 27

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave