Onderhoud en reiniging
6. Verwijder het schuimfilter (B) dat achter
het netfilter zit. Was het schuimfilter in een
wasmachine en gebruik daarvoor een spoel-
of snel programma. Wasmiddel of heet wassen
is niet nodig. Het vuil wordt weggewassen en
het filter raakt niet beschadigd.
7. Maak de condensor (C) schoon door met een
plantenspuit water op de ribben te spuiten.
Het vuil spoelt er samen met het water af en
wordt door de condenswaterpomp afgevoerd.
8. Vervang beide filters en sluit de condensordeur.
LET OP!
Raak de ribben op de condensor niet aan. Deze
zijn erg dun en raken snel beschadigd. Als de
ribben gebogen of beschadigd zijn, neemt de
efficiëntie van de condensor, en daarmee het
droogresultaat, aanzienlijk af.
Het autofilter reinigen
Reinig het filter met tussenpozen, zoals
aangegeven op het display van de machine of
vaker.
1. Trek de condenswaterbak naar buiten en
omhoog.
2. Schroef het autofilter los en verwijder het.
3. Spoel het autofilter schoon met water.
4. Schroef het autofilter weer terug op zijn plaats.
Controleer of de afdichting goed zit.
De buitenkant van de machine
reinigen
U dient de buitenkant van de machine en
het programmapaneel te reinigen met een
mild
schoonmaakmiddel.
oplosmiddelen omdat deze de machine kunnen
beschadigen. Spuit de machine niet schoon met
een slang en besproei deze ook niet met water.
LET OP!
Voorkom dat er zich stof ophoopt rond de
machine. Zorg ervoor dat de omgeving van de
wasdroger schoon en koel blijft; hitte en vocht
verlengen de droogtijden.
Afdichting
Gebruik
geen
19