13/18 - Installatiehandleiding voor de automatisch bovengronds veiligheidslamellendek OPEN Solar Energy
7. Testhandleiding in geval van
storing
Abriblue stelt u haar
testhandleidingen,
in de vorm van video's,
ter beschikking in geval
van storingen.
Surf naar:
www.nextpool.com/
Espace pro/ Onglet
"Abriblue"/ Rubrique "Conseils et assistance" (tab
Pro/ tab "Abriblue"/ Rubriek "Advies en bijstand")
De volgende lijst is opgesteld om eventuele storingen
tijdens de installatie te helpen identificeren en
corrigeren. Deze handleiding is alleen bedoeld voor
de professional die bevoegd is om de afdekking te
installeren, zodat die de geldigheid van de garantie
kan vrijwaren. Als de oorzaak van de storing niet
kon worden vastgesteld nadat de aanwijzingen zijn
gevolgd, moet de professional contact opnemen met
de verdeler van de afdekking of de fabrikant.
Lees dit volledig door voordat u de handelingen
uitvoert. Raadpleeg afbeeldingen 22 en 23.
Het is belangrijk om de polariteit tussen de voeding
en de oprolinrichting te respecteren, omdat de
draairichting van de motor wordt bepaald door de
blauwe en bruine draden en niet rechtstreeks de + en
- van de voeding.
Controleer de goede staat en bevestiging van de
elektrische aansluitingen.
7.1 Meten van de spanning aan de uitgang van
het zonnepaneel
7.1.1 Ontkoppel de groene draad van de accu "+".
7.1.2 Sluit de gele en witte draad van de regelaar aan.
Meet de gelijkspanning tussen deze twee draden
(een correct uitgericht paneel dat direct van
zonnestralen voorzien wordt, levert een spanning
van > 24 V en < 50 V).
7.1.3 Er moet een gelijkspanning van 24 V aanwezig zijn.
Wanneer dit het geval is, gaat u naar stap 2.
7.1.4 Wanneer de spanning lager is dan 24 V, moet u deze
spanning opnieuw meten, direct tussen de zwarte en
rode draad van het zonnepaneel.
7.1.5 Wanneer de gemeten spanning hoger is dan 24 V,
controleert u de aansluitingen en de staat van de
draden.
7.1.6 Als er geen spanning of een lage spanning is
(<24 V), duidt dit op een storing in het zonnepaneel.
Dit kan het gevolg zijn van een aansluitingsfout of
een defect onderdeel. Het paneel moet dan worden
teruggestuurd naar AS POOL voor analyse.
7.2 Meten van de spanning aan de uitgang van
de accu's
7.2.1 Koppel de batterijen los om die te testen. Ze moeten
allemaal een spanning van 12 V hebben.
7.2.2 Sluit de accu's weer aan, ontkoppel de groene
en zwarte draad van de regelaar. U moet een
gelijkspanning van 24 V meten tussen deze draden.
7.2.3 Als de spanning lager is dan 22 V, zal deze spanning
niet voldoende zijn voor de juiste werking van de
motor; controleer alle verbindingen en de staat van
de draden.
7.2.4 Als er geen of een lage spanning is (<24 V), duidt dit
erop dat de batterij is ontladen. Dit kan het gevolg
zijn van een verkeerde aansluiting, een verkeerde
oriëntatie van het paneel of een defect onderdeel.
7.3 De spanning aan de uitgang van de regelaar
meten
Als de punten 7.1 en 7.2 zijn gecontroleerd, de
spanningen correct zijn en de spanning aan de
uitgang van de regelaar lager is dan 24 V, moet u
de regelaar resetten voor u de volgende stappen
uitvoert:
- Ontkoppel de "-" draad van het zonnepaneel,
- Ontkoppel de "-" draad los van de batterijen,
- Wacht tot de lichten van de regelaar uitdoven.
Koppel vervolgens de draden weer aan in
dezelfde volgorde:
"-" van het zonnepaneel en dan "-" van de
batterij.
7.3.1 Meet de gelijkspanning tussen de blauwe en bruine
kabels van de regelaar zonder die los te maken.
Deze moet 24 V zijn. Deze spanning moet tussen
de klemmen van kroonsteentjes 3 en 4 worden
gemeten (indien dit niet zo is, controleer dan de
draden en aansluitingen).
7.3.2 Als er geen spanning aanwezig is - terwijl dot wel
zo is aan de uitgang van de batterijen - houdt u de
forceerknop ingedrukt en bedient u de sleutel.
7.3.3 Als de afdekking reageert op sleutelbediening,
duidt dit op een fout van de regelaar. Dat kan het
gevolg zijn van een te hoge spanning door een
onweer, een aansluitfout of een defect component.
U moet de regelaar terugsturen naar AS POOL om
deze te laten nakijken.
7.4 Sleutelschakelaar
7.4.1 Gebruik de continuïteitsmeting op uw multimeter
om te controleren of de contacten (NO) achter
de schakelaar zich een voor een sluiten wanneer
de sleutel in de ene richting wordt gedraaid en
vervolgens in de andere.
7.4.2 Op de kroonsteentjes gemarkeerd met +, -, 1, 2, 3,4.
13