5
BUGERA 1960 Gebruiksaanwijzing
Bedieningselementen
(1)
(2)
Voorzijde van de BUGERA 1960
Voorzijde
(1) Met de POWER-schakelaar schakelt u de voeding van de BUGERA in en uit.
(2) Met de STANDBY-schakelaar kunt u de versterker in stand-by zetten
(OFF-stand). De versterker is dan niet actief, maar de buizen blijven
op bedrijfstemperatuur (voeding ingeschakeld). In de ON-stand is de
versterker actief.
!
!
LET OP!
GEBRUIK DE BUGERA BUIZENVERSTERKER NOOIT ZONDER AANGESLOTEN
LUIDSPREKERBOX OM SCHADE AAN HET APPARAAT TE VOORKOMEN!
(3) De PRESENCE-knop verandert de dempingsfactor van de versterker bij hoge
frequenties. Op deze manier kan het presence-bereik worden geaccentueerd
en lijkt de klank scherper.
(4) Deze passieve TREBLE-knop bepaalt het hoogste frequentiebereik.
(5) Deze passieve MID-knop bepaalt het middelste frequentiebereik.
(6) Deze passieve BASS-knop bepaalt het laagste frequentiebereik.
◊
De vier klankregelaars PRESENCE, TREBLE, MID en BASS beïnvloeden de
kanalen 1 en 2 in dezelfde mate.
(7) De regelaar VOLUME 1 bepaalt het volume van het instrument dat op
instrumentingang HIGH 1 of LOW 1 wordt aangesloten (kanaal 1). Dit kanaal
biedt een duidelijkere hogetonenweergave dan kanaal 2 en wordt doorgaans
het vaakst gebruikt.
(8) De regelaar VOLUME 2 bepaalt het volume van het instrument dat op
instrumentingang HIGH 2 of LOW 2 wordt aangesloten (kanaal 2). Dit kanaal
geeft het signaal lineair weer, waardoor de hoge tonen minder worden
geaccentueerd dan bij kanaal 1.
(9) De instrumentingangen HIGH 1 en HIGH 2 zijn ca. 6 dB harder dan de LOW-
ingangen en kunnen voor de meeste elektrische gitaren worden gebruikt.
De volumes worden via de regelaars VOLUME 1 en 2 gescheiden geregeld.
(10) De instrumentingangen LOW 1 en LOW 2 zijn ca. 6 dB zachter dan de
HIGH-ingangen en kunnen voor instrumenten met hoge uitgangsniveaus
worden gebruikt. Door de aanzienlijk lagere ingangsimpedantie is hun
klank wat donkerder. De volumes worden via de regelaars VOLUME 1 en 2
gescheiden geregeld.
bugera-amps.com
(3)
(4)
(5)
(6)
(7)
(8)
◊
Als de aansluitingen HIGH 1 en LOW 1 (of HIGH 2 en LOW 2) tegelijkertijd
worden gebruikt, hebben zij dezelfde gevoeligheid (beide LOW).
Overbrugging van de ingangskanalen
De BUGERA 1960 heeft twee gain-niveaus die met de regelaars VOLUME 1 en
2 kunnen worden ingesteld en over een eigen klankkarakteristiek beschikken.
Het model biedt u bovendien de mogelijkheid om de ingangen van de
versterker met behulp van een patchsnoer te overbruggen, zodat beide kanalen
tegelijkertijd voor één instrument kunnen worden gebruikt. Op deze manier kunt
u de heldere klank van kanaal 1 met de donkere klank van kanaal 2 mengen en
zo de gehele toonverscheidenheid van de versterker benutten. Hiervoor moet
uw instrument op een van de High Sensitivity-ingangen worden aangesloten,
aangezien het om schakelingstechnische redenen niet mogelijk is om Low
Sensitivity-ingangen te overbruggen. Ga als volgt te werk:
•
Sluit uw instrument aan op de ingang HIGH 1.
•
Verbind de ingang LOW 1 met de ingang HIGH 2.
of
Sluit uw instrument aan op de ingang HIGH 2.
•
•
Verbind de ingang LOW 2 met de ingang HIGH 1.
(9)
(10)