1
Beschikbare flitsstanden
v Het op het objectief in te stellen diafragma en het effectieve
f-getal.
De effectieve f-getallen (effectieve diafragma's) van close-upobjectieven zoals de Micro-
Nikkors variëren met de afbeeldingsmaatstaf; naarmate de afbeeldingsmaatstaf hoger is
komt er minder licht op de film of de beeldsensor. De verhouding tussen afbeeldingsgrootte
en het effectieve f-getal is:
Fe = F (1 + M)
waarin Fe = effectieve f-getal (werkelijke hoeveelheid doorgelaten licht)
F = diafragma dat is ingesteld
M = afbeeldingsverhouding
Bij DDL-gestuurd flitsen is de diafragmawaarde die op het LCD-venster of in de zoeker van
de camera verschijnt het effectieve f-getal wanneer er een Micro-Nikkor-objectief op de
camera zit.
Stand M (handmatig)
Als u foto's maakt waarbij u handmatig flitst, selecteert u het diafragma en de
flitssterkte. Zo kunt u de belichting en het flitsbereik regelen wanneer u foto's
maakt van onderwerpen waarbij de correcte belichting moeilijk te verkrijgen is in
de flitsstand automatische DDL.
Beschikbare flitssterkte
Bij flitsbediening bij close-ups: M1/1 tot M1/64.
In Commander-flitsstand: M1/1 tot M1/128.
Bij stroboscopisch flitsen: M1/8 tot M1/128.
Het diafragma en de flitssterkte bepalen in de stand M (handmatig)
In de handmatige stand gebruikt u het richtgetal en de vergelijking die hieronder
staan vermeld om het diafragma, de flitssterkte en de opnameafstand voor een
juiste belichting te berekenen.
• Het richtgetal (op ISO 100, m) geeft de hoeveelheid licht aan die de flitser produceert.
Hoe hoger de waarde, des te groter de flitssterkte.
Het juiste diafragma berekenen
U berekent het juiste diafragma met behulp van de volgende vergelijking:
f/stop (diafragma) = richtgetal (op ISO 100, m) x ISO-gevoeligheidsfactor ÷
opnameafstand (meter)
• Stel hetzelfde diafragma in op de SU-800 en de camera of het objectief.
Het richtgetal van de SB-R200 is 10 (ISO 100, meter).
ISO-gevoeligheidsfactoren
Voor een andere gevoeligheid dan ISO 100 vermenigvuldigt u het richtgetal met
de factor in de onderstaande tabel.
ISO
25
Factor
0,5
118
50
100
200
0,71
1
1,4
400
800
1600
2
2,8
4
3200
6400
5,6
8