8. Draai de 4 schroeven van de motorunit
los en verwijder de bescherming.
9. Bevestig de achterste beschermkap
over de motoras. Zorg ervoor dat de 4
gaatjes van de motorunit gelijk zitten
met de 4 gaatjes van de achterste
beschermkap. Draai de 4 schroeven
stevig aan.
10. Bevestig het ventilatorblad over
de motoras en draai de schroef
voorzichtig aan.
11 . Maak met behulp van de metalen
klemmen de voorste beschermkap
vast aan de achterste beschermkap.
Steek de schroef door de opening
aan de onderkant van de
beschermkappen en draai deze vast.
BEDIENING
De ventilator kan op 3 verschillende
snelheden worden ingesteld:
0 - Uit
1 - Laagste snelheid
2 - Gemiddelde snelheid
3 - Hoogste snelheid
De ventilator kan zowel van links naar
rechts zwenken of stilstaan. Druk op de
knop voor automatisch zwenken om de
ventilator te laten bewegen.
KANTELEN
• Draai de schroeven los
• Kantel de ventilator in de gewenste
hoek
• Draai schroeven vast
HOOGTE VERSTELLEN
De ventilator kan in hoogte worden
versteld.
• Draai de knop voor de hoogte-instelling
(zie plaatje hieronder) los en stel de buis
in op de gewenste hoogte.
• Draai de knop weer vast als de
ventilator op de juiste hoogte staat.
- 10 -
De ventilator is
zwaar. Houd daar
bij het verstellen
rekening mee.