Vertaling van de originele installatiehandleiding en gebruiksaanwijzing
6.2 Montage
Voor de uitvoering van de montagewerkzaamheden moeten de volgende voorwaarden vervuld en de voorbereidende
activiteiten afgesloten zijn.
Gereedschap
•
bijv. rolgaffelsleutel
Het drukgassysteem of het betreffende systeemsegment drukloos maken en beveiligen tegen onopzettelijk
1.
onder druk zetten.
2.
De gegeven montage-instructies op elk moment in acht nemen.
Afbeelding
24
D
E
F
Voorwaarden
Materiaal
•
afdichtmaterialen
•
toevoer- en afvoerleiding
Voorbereidende werkzaamheden
Beschrijving / Verklaring
3. De stofkap [24] verwijderen.
Montage-instructies
•
•
•
•
4. Voor de condensaattoevoerleiding [D] het uiteinde
Montage-instructies
•
H
•
•
•
5. Voor de afvoer een korte drukslang [F] (ontworpen voor
G
Beschermende uitrusting
Altijd dragen:
Het verval van de condensaattoevoerleiding [D] moet
≥3% bedragen.
Geen filters monteren in de
condensaattoevoerleiding [D].
De diameter van de condensaattoevoerleiding [D] moet
≥1" (binnendiameter ≥22 mm (0.86")) bedragen.
Aanbeveling:
De condensaattoevoerleiding [D] voorzien van een
afsluitkraan [E] om een eenvoudige instandhouding van
het product mogelijk te maken.
van een drukvaste buis indichten en aan de
condensaattoevoer erin schroeven.
De condensaatafvoerleiding [G] mag max. 5 m (17 ft)
stijgend worden gelegd. Per meter stijging wordt de
vereiste minimum druk verhoogd met 0,1 bar (1.5 psi).
De diameter van de verzamelleiding [H] moet ≥1" en
het verval ≥3 % bedragen.
Geen afsluitkleppen gebruiken in de condensaatafvoer.
De drukslang [F] niet knikken, blokkeren of op lager- of
transportvlakken leggen.
de systeemdruk) met een slangklem aansluiten aan de
condensaatafvoer en de condensaatafvoerleiding [G].
BEKOMAT
16 CO
®
23 | 60