16. PROFESSIONELE INSTELLINGEN
Raamcontact
*
(
)
Doel
Werking
Selectie van
temperatuur
Weergave
Instelling
Aanwezigheidsmelder
*
(
Doel
Selectie van
Werking
temperatuur
Weergave
Instelling
*
Deze 2 externe ingangen hebben voorrang op het normale programma. Bij afwijking van het programma,
(
)
zijn deze echter inactief (toetsen T°/H en 6 °C)
Vermijd het lokaal te verwarmen als de venters geopend zijn.
Als het raamcontact gesloten is, regelt de thermostaat in functie van het
programma (normale werking). Als het raamcontact echter open is, regelt de
thermostaat volgens de hier gekozen temperatuur.
RAAMCONTACT
6 °C tot 12 °C
)
Verwarming afhankelijk van de bemanning van de lokalen. Als er geen aanwezig-
heid is gedetecteerd, wordt de verwarming verlaagd of uitgeschakeld.
Zonder aanwezigheid, is het HVAC-contact van de aanwezigheidsmelder open. De
thermostaat regelt de ruimtetemperatuur volgens het gekozen programma. Als er
een aanwezigheid gedetecteerd wordt, werkt de regeling volgens de hier gekozen
temperatuur.
/
10,2 °C tot 30 °C
23