TECHNISCH PASPOORT. installatie- en bedieningsinstructies
10.6 Functies
10.5.1. Besturing bij stroomuitval. Als de stroom
uitvalt, slaat het systeem basisgegevens op.
Wanneer de stroomvoorziening wordt hersteld,
evalueert het systeem de opgeslagen datum en:
• Als
de
kachel
rookgastemperatuur
schakelt
de
ontstekingsmodus.
Door op de knop P1 te drukken, kun je de overgang
naar deze functie versnellen.
• Als
de
kachel
rookgastemperatuur lager is dan Th06+d01,
schakelt de regeling over naar de blusmodus en
geeft fout Er15.
• Als
de
haard
uitgeschakeld te w o r d e n
alarmtoestand bevindt, blijft de bediening in die
toestand.
• Bij langdurige stroomuitval (ongeveer een week)
gaat
het
systeem
metEr11 foutmelding voor onjuiste dag (DAY) en
tijd (TIME) waarden.
Na een reset met de P1-knop begint de Tijdwaarde
te knipperen en moet deze correct worden ingesteld.
10.6.2. Vertraging in de overgang naar de
verschillende verbrandingsfasen.
Wanneer de besturing overschakelt van Ontsteking
naar Normaal, wordt de mate van
Voorbeeld:
Watertemperatuur
C
0
Mate van
verbranding
10.6.5. Pelletlaadinstelling.
De gebruiker kan de inschroeftijd in de volgende stappen instellen - 7 ÷ 7.
P15 is de procentuele waarde van één afstelling/stap en past de standaard ingestelde bedrijfsparameters aan.
De ingestelde waarden liggen in het opgegeven bereik P27 ÷ P05.
CO3=2,0
CO3=1,8
10.6.6. Afstelling ventilatorregeling.
De gebruiker kan de ventilatorsnelheid aanpassen in stappen van -7 ÷ 7.
P16 is de procentuele waarde van een gewijzigde waarde en wordt toegepast als de s t a n d a a r d
werkwaarde.
U03=1000
U03=11150
is
ingeschakeld
hoger
is
dan
bediening
over
is
ingeschakeld
is
uitgeschakeld,
of zich in een
naar
vergrendeling(BLOK
А06=1
≤ 70
Vermogen
Vermogen 4
5
CO3=2,0
CO3=2,0
CO3=1,8
CO3=1,8
U03=1000
U03=1000
U03=1150
U03=1150
van de verbranding, beginnend bij fase 1, bij het
bereiken van d e
worden uitgesteld door de timer T18 in te stellen.
Andere
verbrandingstrapwisselingen worden geregeld en
kunnen worden vertraagd met timer T17.
en
de
Th06+d01,
10.6.3. Periodieke reiniging.
naar
de
Wanneer de kachel wordt ingeschakeld, begint de
bediening automatisch met het reinigen van de
kachel.
Met timerintervallen T07 (minuten) wordt de
en
de
periodieke
volgens parameters C08 en U08 voor timer T08
(seconden).
bezig
is
10.6.4. Automatische regeling van het
verbrandingsvermogen.
Bij het instellen van de verbranding k a n de
gebruiker de AUTOMATISCHE MODULE [A] instellen.
De verbrandingsgraad wordt automatisch
geselecteerd op basis van de watertemperatuur en
de ingestelde thermostaatparameter:
• Watertemperatuur ≤ Thermostaat-d08
→ Regeling gaat naar de maximale
verbrandingsgraad
• Thermostaat-d08 < Watertemperatuur <
Thermostaat.
neemt af wanneer de op de thermostaat ingestelde
temperatuur wordt bereikt.
• Watertemperatuur ≥ Thermostaat
→ De regeling gaat naar verbrandingsfase 1 als
A06=0 of naar modulatie als A06=1.
Modaliteit
=(A)
71
72
Vermogen 3
CO3=2,0
CO3=2,0
CO3=1,8
CO3=1,8
U04=1200
U05=1400
U04=1380
U05=1610
39
ingestelde waarde kan
handmatige
of
reinigingsmodus
g e s c h a k e l d
→
De
verbrandingssnelheid
Thermostaat
d08=5 C
=75 C
0
73
74
Vermogen 2
Vermogen 1 Vermogen
CO3=2,0
CO3=2,0
CO3=1,8
CO3=1,8
U06=1600
U07=1800
U06=1840
U07=2070
automatische
P03=5
0
≥ 75
1
CO3=2,0
CO3=1,8
U11=900
U11=1035