5.4.3 Instellen druk
Voor het instellen van de druk moet eerst in het instellingenmenu de keuze gemaakt worden voor druk.
Kies in het menu INSTELLINGEN het submenu ANALOGE INGANGEN en verander de gewenste groep in
druk.
Ga nu in het menu INSTELLINGEN naar het menu DRUK en stel de PID en de gewenste druk in. De menu's
komen overeen met die van de instelling voor CO
5.4.4 Instellen vocht
Voor het instellen van de vocht moet eerst in het instellingenmenu de keuze gemaakt worden voor vocht.
Kies in het menu INSTELLINGEN het submenu analoge ingangen en verander de gewenste groep in vocht.
Hierna kan in het menu INSTELLINGEN/VOCHT de PID en het gewenste Vocht percentage ingesteld
worden. De menu's komen overeen met die van de instelling voor CO
5.4.5 Instellen temperatuur
Voor het instellen van de temperatuur moet eerst in het instellingenmenu de keuze gemaakt worden voor
TEMPERATUUR. Na de keuze voor temperatuur moet het type opnemer gekozen worden.
Kies in het menu instellingen het submenu analoge ingangen en verander de ingang in temperatuur.
Hierna kan in het menu INSTELLINGEN/TEMPERATUUR de PID en de gewenste temperatuur ingesteld
worden. De menu's komen overeen met die van de instelling voor CO
.
2
.
2
.
2
pagina 12 van 16