WAARSCHUWING
Als de kettingen van de kap niet aangekoppeld zijn,
kunnen ze tijdens het werk draaien en lichamelijk
letsel veroorzaken.
Laat de kappen van de aftakas op hun plaats
zitten en verbind de kettingen van de kap met de
verbindingsarmen of de aftakaskappen.
6
Zwaaikoppelingen aanpassen
Geen onderdelen vereist
Procedure
Pas de zwaaikoppelingen op de onderste trekarmen van
de driepuntstrekhaak aan om de zwaairuimte opzij te
minimaliseren tot maximaal 25 mm aan beide zijden.
1. Pas de onderste koppelingen naar binnen toe aan tot
deze contact maken met de montageplaten van de
blazer
(Figuur
7).
Opmerking: Hierdoor wordt de spanning op de
pennen verminderd. Als de tractor zwaaikettingen
heeft in plaats van zwaaikoppelingen, moet u ringen
monteren tussen de onderste verbindingsarm en de
borgpen om de overhangende lading op de hefpennen
te verminderen.
1. Zwaaikoppeling
2. Draai aan de verstelbare koppeling (indien uw machine
hiermee is uitgerust) om de verbindingsarm omhoog of
Figuur 7
2. Koppeling
omlaag te brengen tot de blazer in de breedterichting
waterpas staat
(Figuur
Opmerking: Raadpleeg de gebruikershandleiding van de
tractor voor aanvullende montage- en instelprocedures.
7
De hefaanslag van de
driepuntstrekhaak afstellen
Geen onderdelen vereist
Procedure
Stel de hefaanslag van de driepuntstrekhaak af om ongeveer
10 cm speling met de grond te verkrijgen in de bovenste stand.
Op die manier beperkt u de hoek van de aftakas als u de blazer
omhoog brengt. Voor transport of om een aanhanger in of uit
te laden, kan het volledige hefbereik worden gebruikt zolang
de buizen van de aftakas niet uit elkaar schuiven
Belangrijk: De aftakas gebruiken in de volledig
omhoog gebrachte stand kan de aftakas of andere
onderdelen beschadigen.
Opmerking: Raadpleeg de gebruikershandleiding van de
tractor voor de instelprocedures.
1. Hefaanslag driepuntstrekhaak
9
7).
(Figuur
Figuur 8
8).